Jobkanaal: tewerkstelling kansengroepen op vrijwillige basis vrijwaren

25/03/2010 OM 00:00 - Luc Willemijns
Placeholder

Elders in deze kolommen leest u dat Jobkanaal, waarin de partnerorganisaties UNIZO, Verso, VKW en Voka hun krachten bundelden, voor de derde keer de “Pioniersprijs Diversiteit” uitreikte. Een en ander gebeurde in het stadhuis van Antwerpen. Tijdens enkele korte debatten die in de rand van het gebeuren werden ontwikkeld, werd nogmaals pijnlijk duidelijk dat aan werkgeverszijde de vrees voor het invoeren van verplichte quota voor de tewerkstelling van vertegenwoordigers uit de kansengroepen groot is. Woorvoerders binnen de sociale economiesector hadden het over “verplichte streefcijfers”.

Jobkanaal focust heel specifiek op het bevorderen van de integratie van vertegenwoordigers uit de kansengroepen (allochtonen, vijftig-plussers en personen met een arbeidshandicap) in de reguliere economie.

“In 2008 en 2009 noteerden we in Vlaanderen een verhoging van de werkloosheid met 20%.

In die periode zwol de werkloosheid in de kansengroepen met 14% aan.

Sterkst getroffen waren de allochtonen, die met een werkloosheidstoename van 25% werden geconfronteerd.

Voor 50-plussers en personen met een arbeidshandicap nam de werkloosheid in die periode toe met respectievelijk 9% en 8%,” aldus Jobkanaal-voorzitter Jean-Paul Van Avermaet, duidelijk de mening toegedaan dat de kansengroepen door de crisis niet erger worden getroffen dan de Vlaamse arbeidsmarkt in zijn totaliteit.

Die vaststelling lijkt bevestigd te worden door het aantal vacatures dat in de betrokken periode met 40% terugliep.

Met een terugval met 38% van het aantal ingevulde vacatures door toedoen van de Jobkanaal-consulenten, lijkt de evolutie in de tewerkstelling van de kansengroepen een quasi-evenwijdig verloop te kennen.

Activeringsbeleid kansengroepen aanhouden

Voor Vlaams minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport, Philippe Muyters, biedt een diversiteitsbeleid aan elke onderneming ongetwijfeld een meerwaarde, waarbij van een duidelijke win/win-situatie sprake is voor zowel de werkgever als de werknemer.

“Met de toenemende vergrijzing van de bevolking en de verre doelstelling een werkzaamheidsgraad van 70% neer te zetten, is een activering van de kansengroepen absoluut vereist. Zeker in een periode waar nog amper 1 op 3 van de 55-plussers aan het werk is en nog slechts 15% van de 60-plussers professioneel actief is,” zo luidt het.

Muyters waarschuwde andermaal dat Vlaanderen een belangenconflict zal inroepen indien minister van Werk, Joëlle Milquet, doorgaat met haar plannen om de loonsubsidie voor 50-plussers af te schaffen.

Voorts betreurde de Vlaamse bewindsman dat “de allochtonen nog niet structureel in het bedrijfsleven zitten verankerd”.

Niettemin werden in 2009 780 diversiteitsplannen ingevoerd. Inmiddels implementeerden reeds meer dan 4.000 Vlaamse bedrijven een dergelijk plan op vrijwillige basis.

Vrijwillige insteek behouden

Precies die vrijwillige insteek wil men binnen werkgeverskringen behouden.

Andere geluiden klinken bij de actoren in de sociale economie of bij het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en voor Racismebestrijding (CGKR).

Waar eerstgenoemden resoluut voor verplichte quota bij de tewerkstelling van kansengroepen gaan, opteert CGKR-directeur Jozef De Witte voor een iets meer gematigde aanpak.

“Veralgemeen het anoniem solliciteren,” luidt de aanbeveling van De Witte, die in België terzake verwijst naar Selor, het Selectiebureau van de overheid.

“Creativiteit en innovatie gedijen overigens moeizaam in een monocultureel bedrijf. The wisdom is in the crowd”, zo nog Dewtte.

Overigens lijkt het onomstotelijk vast te staan dat de tewerkstelling in de sociale economiesector in de komende jaren sterk zal groeien.

“Tegen 2014 zal de tewerkstelling in de sociale economiesector met 3% op jaarbasis tot 71.000 werknemers aangroeien. 46 à 47% van de bruto job-creatie in Vlaanderen zal zich binnen de sociale profit-sector aftekenen,” voorspelt Verso-directeur Bruno Aerts.

Uitdaging voor de sociale economiesector is eveneens vijftig-plussers aan te trekken dan wel te behouden.

Met een anciënniteitsgekoppelde verloning en het recht op ADV (arbeidsduurvermindering)- of rimpeldagen zijn vijftigplussers niet meteen goedkope arbeidskrachten.

Momenteel vertegenwoordigen werknemers van die leeftijdscategorie 3,6% (!) van de instroom in de sociale economiesector: 40% van de intreders is afkomstig van andere sectoren, 15% uit de werkloosheid en 12% uit het zelfstandigenstatuut.

“Een leeftijdsbewust personeelsbeleid verdient wel aanbeveling,” zo nog Aerts, vermits, in tegenstelling tot deeltijds werken, ADV-dagen niet echt succesvol blijken.

Evenredige arbeidsdeelname afdwingen

Ondernemingen verplichten om hun inspanningen inzake MVO (maatschappelijk verantwoord ondernemen) aan te tonen, zadelt hen op met een bijkomende administratieve en onproductieve rompslomp, klinkt het bij projectverantwoordelijke Sonja Teughels bij Voka.

Johan Vermeiren, voorzitter Gebruikersoverleg handicap en arbeid, zit alvast op dezelfde golflengte als Naïma Charkaoui, coördinator Minderhedenforum: “Voer een evenredige arbeidsdeelname in voor personen met een erkende handicap,” zo luidt het, waarbij in de richting van 5% van het totale werknemersbestand wordt gedacht.

“Het invoeren van verplichte tewerkstellingsquota dreigt het rendement van ondernemingen te ondergraven,” klonk het onmiddellijk wederwoord van Johan Van Overtveldt, algemeen directeur VKW.

“Het basisprobleem blijft vaak het gebrek aan scholing ten opzichte van de loonkost.

Zorg voor een loonkost die in overeenstemming is met de productiviteit van de mensen uit de kansengroepen” werd daaraan toegevoegd.

Karel Van Eetvelt, gedelegeerd bestuurder UNIZO, benadrukte in zijn tussenkomst de betere scores die KMO’s halen bij het tewerkstellen van personen uit de kansengroepen ten opzichte van de grote bedrijven.

In de distributiesector bijvoorbeeld zou 10% van de jobs door personen met een arbeidshandicap worden ingevuld.

“In andere sectoren is nog behoorlijk wat groeimarge. Onbekend maakt echter onbemind,” zo nog Van Eetvelt.

Indien de doorstroming van de beschutte werkplaatsen naar het reguliere arbeidscircuit, ondanks de loonsubsidie, achterwege blijft, heeft dat vooral te maken met het ontbreken van een gepaste omkadering of begeleiding van personen met een arbeidshandicap, klinkt het.

De UNIZO-topman toont zich daarom voorstander om de steunmaatregelen te koppelen aan het individu in functie van zijn afstand tot de arbeidsmarkt.

Dat kan in de vorm van een rugzakmodel, waarbij de financiële ondersteuning heel specifiek op de persoon zelf wordt toegesneden en die middelen omvat ter compensatie van het productiviteitsverlies, de eventuele aanpassing van de werkpost of nog bijkomende opleiding en vorming.

Voor u geselecteerd

Kort de voordelen van een abonnement...

Belangrijk nieuws te delen?

Cookie voorkeuren

Deze website gebruikt cookies om je een betere bezoekerservaring te bieden. Bepaal hier welke soort cookies je toestaat.