Het onderwijs en het bedrijfsleven zijn twee aparte werelden. Voor jongeren is de bedrijfswereld doorgaans een nobele onbekende. In het beste geval hebben jongeren al eens met een bedrijf kennisgemaakt in het kader van een stage. Voor de rest vormen zij indrukken over het bedrijfsleven via de pers die bij het brede publiek scoort dankzij uitzonderlijke gebeurtenissen of spraakmakende personen. Jongeren hebben niet enkel een verkeerd beeld van het bedrijfsleven: ze kennen ook onvoldoende de sectoren, de beroepen en de economische wetmatigheden. Dat alles leidt tot een tekort aan jongeren die kiezen voor een bedrijfsgerichte opleiding. Naast dit kwantitatief tekort op de arbeidsmarkt is er ook sprake van een kwalitatief tekort: veel jongeren kiezen een studierichting die niet past bij hun persoonlijkheid of ze kiezen een studierichting waarvan de inhoud onvoldoende afgestemd is op de bedrijfsnoden. Dergelijke verkeerde keuzes leiden ertoe dat deze jongeren bij aanwervingen uit de boot vallen. Dat is uiteraard een spijtige zaak voor de jongeren in kwestie maar vormt ook een macro-economisch probleem, met name een krapte op de private arbeidsmarkt terwijl er sprake is van een economische crisis waarbij vele jongeren niet of onder hun niveau aan de bak komen.