UNIZO stelt verkiezingsmemorandum voor

10/03/2014 OM 09:40 - Luc Willemijns
B3f61ccaf56efeb50deaf07061bdb5c1
UNIZO start in de komende weken een on-line debat op met ondernemers rond vijf thema’s om zijn verkiezingsmemorandum aan hun verwachtingen en bedenkingen te toetsen. Voor het eerst legt de ondernemersorganisatie een memorandum op tafel dat zich in de aanloop naar de “moeder der verkiezingen” zowel op gewestelijk, federaal als Europees vlak richt. Opmerkelijk: naast de ondernemersverzuchtingen omvat het memorandum ook een aantal belangrijke sociale accenten.

Centraal in het memorandum staat het eerder gelanceerde voorstel van lineaire loonkostenverlaging met 5% of 7 miljard euro.

“We opteerden voor een haalbaar voorstel. In het Ondernemersparlement evolueerde immers het voorstel om de loonkost met 15% te verlagen,” stelt gedelegeerd bestuurder Karel Van Eetvelt.

Een indexblokkering moet over een tijdsspanne van twee jaar een besparing van 3 miljard euro opleveren. Het saldo dient gepuurd uit een besparing op het federale en regionale overheidsapparaat (1,2 miljard euro), het afschaffen van de niet-gemotiveerde verlofstelsels (tijdskrediet en loopbaanonderbreking, 930 miljoen euro!) en een tijdelijke blokkering van de welvaartsenveloppe (lees: uitkeringen, nvdr.).

“De laagste uitkeringen kunnen wel geïndexeerd blijven,” luidt het.

Tweede centrale steunbeer in het memorandum is de vrije keuze voor KMO’s van vennootschapsbelastingsstelsel, dat op een duale leest wordt geschoeid. Ofwel opteert men voor een faciaal tarief van 20% (zonder aftrekposten), ofwel voor een aanslagvoet van 33%, met behoud van de notionele interestaftrek en andere aftrekmogelijkheden. Die keuze blijft gedurende vijf jaar vast.

Een en ander moet Belgische KMO’s gunstiger positioneren ten opzichte van de buurlanden waar de vennootschapsbelasting op respectievelijk 25% (Nederland, 20% op de eerste 200.000 euro winst), 29,2% (Luxemburg, 28,15% indien de winst beneden de 15.000 euro blijft), 29,8% (Duitsland) of 36,1% (Frankrijk) ligt.

Derde pijler is het procedure- en vergunningsstelsel. Dat moet efficiënter, eenvoudiger, meer rechtszekerheid bieden en minder afhankelijk worden gemaakt van beroepsprocedures allerhande.

Zes creatieve voorstellen

Nieuw zijn de zes creatieve voorstellen in het memorandum. Zo pleit UNIZO voor de invoering van een crowd-lening naar analogie met de win/win-lening, zij het met aanpassing van de maximale rentevoet en controle en plafonnering van de vergoeding van het crowdfunding-platform.

Voor de nettarieven voor KMO’s dient een energienorm ingevoerd. Met een netvergoeding die, per gebruikt kWh, boven de energiecomponent ligt, scoort België behoorlijk slechter dan Duitsland, Nederland, het Verenigd Koninkrijk of Frankrijk.

Voorts dringt de ondernemersorganisatie aan op een harmonisering van de minimumlonen binnen Europa. Over hoe die harmonisering er moet uitzien, spreekt UNIZO zich om begrijpelijke redenen niet uit. Met een minimumloon van 1.502 euro wordt de concurrentiepositie van België evenwel gehypothekeerd ten opzichte van de buurlanden, het Groothertogdom buiten beschouwing gelaten. Ter info, die minimumlonen bedragen 1.469 euro in Nederland, 1.430 euro in Frankrijk en 1.292 euro (vanaf 2015) in Duitsland.

“De Belgische economie wordt de facto verarmd door oneerlijke concurrentie binnen Europa. Die wordt onder meer in de hand gewerkt door de detachering van goedkope buitenlandse arbeidskrachten. Deze problematiek moet op de Europese agenda,” zo nog Van Eetvelt.

Op Europees vlak bepleit UNIZO, over een periode van vijf jaar, de afschaffing van de interchange fee, zeg maar de vergoeding die banken handelaars in rekening brengen ingeval van betaling met debet- of kredietkaart. Bij de Europese Commissie ligt nochtans een voorstel tot verordening neer van 0,2% en 0,3% voor respectievelijk betaling met een debet- dan wel een kredietkaart.

Voorts stelt de ondernemersorganisatie de invoering van een “light” categorie voor zelfstandigen voor. Gepensioneerden of werknemers zouden, in het licht van een volledige sociaal-fiscale vrijstelling en zonder opbouw van sociale rechten, (bijkomend) een beperkte activiteit ter invulling van een maatschappelijke behoefte (kinderopvang, huishoudelijke hulp, beperkte verzorging, …) kunnen verrichten. Deze zogenaamde “ondersteunende ondernemers” zouden maximaal 3.500 euro per jaar mogen verdienen.

Tot slot dringt UNIZO aan op een geïntegreerd vergoedingssysteem voor ondernemers bij openbare werken, waarbij de inkomenscompensatie en rentetoelage behouden blijven en de amper benutte waarborgregeling overboord wordt gegooid.

UNIZO geeft strijd rond liquidatiebonus niet op

“De verhoging van de roerende voorheffing op liquidatieboni van 10 naar 25% is een onderdoordachte maatregel die zwaar zal wegen op het ondernemerschap. Uit eigen onderzoek blijkt dat tot 5% van de zelfstandige ondernemers met een vennootschap, niet alleen hun vennootschap maar ook hun activiteit als zelfstandige zullen stopzetten,” staat letterlijk in het verkiezingsmemorandum van UNIZO.

De ondernemersorganisatie vraagt in eerste instantie om de oorspronkelijke regeling inzake liquidatieboni te herstellen, en dus opnieuw in een roerende voorheffing van 10% te voorzien.

Alternatief voor UNIZO is een permanente mogelijkheid tot reservering van belaste reserves met het oog op een liquidatie. Het gaat om een fiscale maatregel die het voor een vennootschap mogelijk maakt om jaarlijks een deel van de belaste reserves en/of de belaste winst te reserveren op een bijzondere rekening. In ruil voor het betalen van 10% roerende voorheffing.

Voor u geselecteerd

Kort de voordelen van een abonnement...

Belangrijk nieuws te delen?

Cookie voorkeuren

Deze website gebruikt cookies om je een betere bezoekerservaring te bieden. Bepaal hier welke soort cookies je toestaat.