Ook over de timing is de MKBA duidelijk: het optimale tijdstip voor de realisatie van fase 1 is zo snel als technisch mogelijk. Immers, rekening houdend met de jaarlijkse groei van 5% in de behandeling van containers, wordt al binnen twee tot vier jaar de kritieke drempel van 80%-capaciteit bereikt. Het overslagvolume kan dan nog binnen de reserve van 20% doorgroeien maar er ontstaan toenemende congestieproblemen en moeilijkheden om nieuwe klanten aan te trekken.

Het kunnen blijven faciliteren van de lange termijngroei van rederijen is essentieel voor een haven als Antwerpen die opereert in een internationale en competitieve omgeving waarin het behoud van een toppositie een dagelijkse uitdaging en geen verworven goed is. Uit een recente studie van ING blijkt nog maar eens het grote maatschappelijke belang van de Antwerpse haven voor zijn ruime omgeving. Antwerpen realiseert jaarlijks een totale strategische waarde van 30,6 miljard euro.

Naast de aanleg van deze eerste fase van het Saeftinghedok omvat het project ook de ontwikkeling van niet-maritieme zones.

Het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen vraagt aan de Vlaamse regering derhalve de noodzaak van het project alsook de dwingende timing ervan te onderschrijven, de noodzakelijke onteigeningsplannen uit te voeren en de verwervingen van de noodzakelijke gronden verder te zetten, de natuurkerngebieden Nieuw Arenberg fase 1 en Doelpolder tijdig te realiseren, de monumenten van Doel (Hooghuis, molen en kerkorgel) te verplaatsen, de westelijke ontsluiting naar de E34 tijdig te realiseren, de aanlegbaggerwerken voor de maritieme toegang tot het Saeftinghedok en van het dok zelf tijdig voor te bereiden, het actieprogramma “Ontwikkeling Havengebied Antwerpen” uit te voeren en, ten slotte, in kredieten te voorzien voor de financiering van de projectonderdelen waarvoor het Vlaams Gewest verantwoordelijk is.