Eind vorig jaar huldigde Nnof in Vilvoorde zijn nieuwe schrijnwerkerij officieel in. Nnof focust op het verlengen van de levensduur van kantoormeubilair en randapparatuur via een (proactief) herstelbeleid. Het kantoormeubilair van de Nnof-klant krijgt, in een één-op-één relatie, een nieuwe bestemming, dit vanuit de insteek van de circulaire economie.

Te vervangen kantoormeubilair is derhalve niet langer afval, maar fungeert als grondstof voor nieuw meubilair. Die insteek wist kantoormeubelleverancier Buro Market te charmeren. Ook al omdat de markt van de traditionele kantoormeubelleveranciers de verduurzaming niet in de weg kan blijven staan, zo luidt het.

“Een bedrijf als Buro Market moet meer aanbieden dan alleen product of prijsgedreven verkoop. We moeten waarde aanbieden,” oordeelt Chris Van Dessel, managing director van Buro Market.

Vorig jaar stapte hij als aandeelhouder in het bedrijf in. Referentie-aandeelhouder Philippe Moorkens weekte in 2008 Buro Market via een management buy-out (MBO) uit de Alcopa-groep los. Vorig jaar boekte Buro Market een geconsolideerde omzet van 7,5 miljoen euro. De verkoop van meubelen en accessoires zorgt voor zowat 80% van dat cijfer.

“Het logo van Buro Market mag dan wel geel zijn, het bedrijf is in snel tempo aan het vergroenen,” omschrijft Van Dessel de nieuwe bedrijfsstrategie plastisch. “Het nieuwe Buro Market opteert voor een forse verduurzaming van zijn bedrijfsactiviteiten. We kiezen daarbij voor een assortiment dat oplossingen aanreikt die inspelen op markttendensen als verhoging van het werknemerscomfort en verduurzaming van de bedrijfsactiviteiten. Het partnership met Nnof sluit hier naadloos op aan”.

“De klassieke kantoorinrichters hebben vooralsnog weinig baat bij een groen assortiment omdat ze doorgaans een productie-apparaat draaiend moeten houden. Dat verklaart ook waarom bepaalde hergebruikinitiatieven weinig succesvol zijn. Nochtans komt in het KMO-segment een dynamiek op gang die steeds meer aandacht voor groen kantoormeubilair betoont,” weet Didier Pierre, zaakvoerder van Nnof.

Win/win-relatie

Nnof boekte in de voorbije zes jaar met zijn concept voornamelijk succes in het corporate segment (banken, verzekeringsmaatschappijen, consultancy-organisaties, …) en overheidskringen. Dankzij het akkoord met Buro Market krijgt Nnof een distributiekanaal ter beschikking om met zijn concept het KMO-segment aan te boren.

Buro Market heeft vestigingen in Antwerpen, Brussel, Gent, Hasselt, Luik, Sint-Pieters-Leeuw en Luik. In november starten beide partners een pilootproject op in Antwerpen, waar één derde van de 1.800 m² grote Buro Market-showroom voor Nnof-meubelen wordt ingeruimd.

Chris Van Dessel waagt zich niet aan verkoopsprognoses voor het nieuwe Nnof-assortiment. Wel is duidelijk dat het voor beide partijen in eerste instantie een leerproces wordt.

“Na Antwerpen, zullen we tegen medio volgend jaar het Nnof-aanbod ook uitbreiden naar onze vestigingen in Luik en Sint-Pieters-Leeuw. Tegen eind 2017 zou het assortiment in het hele netwerk beschikbaar zijn,” zo luidt het.

Via hun gezamenlijk initiatief is het Nnof en Buro Market er om te doen het begrip “circulaire economie” ingang in het KMO-weefsel te doen vinden. En daar is nog wel wat werk aan de winkel.

Didier Pierre: “Een Nnof-meubel heeft een prijskaartje dat vergelijkbaar is met dat van zijn klassieke tegenhanger. Op het stuk van kwaliteit, design en uitzicht is tussen beide nauwelijks verschil merkbaar. Over de hele keten is de besparing op vlak van CO2-uitstoot wel gigantisch. Iedereen toont zich wel voorstander van circulaire economie, maar in de praktijk zijn daar nog maar weinig concrete voorbeelden van. Samen met Buro Market reiken we de KMO-markt een dergelijk voorbeeld aan. We ambiëren om de groene, duurzame onderstroom die momenteel in de maatschappij merkbaar is, naar de reguliere economie te vertalen. Daarvoor is een mentaliteitswijziging nodig. Elk weekend-evenement rond transitie, groen en duurzaamheid kan op ruime belangstelling bogen. Maandagochtend op het werk is van dat engagement echter nog maar weinig te bespeuren. Die houding moeten we zien te keren, alleen al vanuit het besef dat onze grondstoffen eindig zijn”.

In het licht van het samenwerkingsakkoord zal D&C Services, zeg maar de zuster van Nnof actief in de projectinrichting, zijn standaardaankopen ook meer en meer bij Buro Market plaatsen.

Onderdeel in bredere strategie

Het partnership met Nnof is het meest zichtbare aspect binnen Buro Market’s nieuwe strategie, de verduurzaming van zijn marktbenadering reikt veel verder. Zo ging het bedrijf onlangs van start met de commercialisatie van de ergonomische kantoorstoelen van het Duitse Löffler (Reichenschwand).

“Dat deden we pas nadat de stoelen op hun deugdelijkheid en heilzame ergonomische effecten werden getest bij diverse partijen, zoals gespecialiseerde academici, rugscholen, kinesitherapeuten, universitaire ziekenhuizen, externe diensten voor preventie en bescherming op het werk en vakverenigingen van vrije beroepers in de medische setcor,” aldus Van Dessel.

Naast de ergonomische stoelen zet Buro Market ook ten volle in op het nieuwe, dynamische werken met een gespecialiseerd aanbod zit- en sta-werkplekken om het werknemerscomfort te verhogen.

“Zitten is het nieuwe roken,” merkt de managing director van Buro Market terzijde op.

Eveneens in het licht van een verhoging van het werknemerscomfort kent Buro Market in zijn assortiment een groter gewicht toe aan akoestische oplossingen allerhande. Denk aan geluidswanden, schermen, kleine accessoires, muurdecoratie, decoratieve panelen, …

“Vroeger verkochten we akoestische elementen, andermaal vanuit een productinsteek, niet als oplossing,” wordt daaraan toegevoegd.

Met de Nederlandse Akoestiekfabriek (Rotterdam), die in Kortessem een uitvalsbasis heeft, zette Buro Market een partnership op. Centraal in de oplossingsgerichte insteek van de Akoestiekfabriek staan ecologie en duurzaamheid.

Buro Market sloot tevens een samenwerkingsovereenkomst met Be Forest, dat herbebossingsinitiatieven ontplooit. Alle duurzame en gecertificeerde producten in het assortiment worden, tot slot, onder een specifieke referentie in de nieuwe catalogus gebundeld.