Agrityre werd opgestart in 2013 door Nicolas Bernaert en Bart Antheunis die allebei al actief waren in de bandensector. Wat begon als een bescheiden avontuur groeide vrij snel uit tot een succesverhaal. Zo noteerde het bedrijf de voorbije jaren telkens 10 à 15% groei. Agrityre opende ook een vestiging in Laon (Frankrijk), met een magazijn van 3.000 m², om van daaruit de Franse markt te bewerken.

“Wie bij ons op zoek gaat naar vrachtwagen-, auto- of fietsbanden is aan het verkeerde adres. We richten ons uitsluitend op niet-courante producten, zoals landbouwbanden. De ziel van het bedrijf ligt immers in de landbouwsector. We importeren een aantal banden, waarvan Maxam, wat prijs/kwaliteitsverhouding betreft, ons topproduct is. We verdelen Maxam in België, Luxemburg en Frankrijk, waarbij we uitsluitend focussen op B2B. De particulier kan niet bij ons terecht, bandencentrales uiteraard wel”, verduidelijkt zaakvoerder Nicolas Bernaert.

“We zijn er in geslaagd om het merk Maxam op korte tijd in de markt te zetten. Dat heeft ons veel energie gekost. We waren op elke beurs aanwezig en we hebben onmiddellijk zwaar geïnvesteerd in een grote voorraad. Stuk voor stuk inspanningen die noodzakelijk waren. Toen we begonnen was Maxam totaal onbekend, nu merken we dat bedrijven er zelf naar vragen”, aldus Bart Antheunis.

Rechapé-banden

Een tweede belangrijke activiteit van Agrityre is het rechaperen ofwel recycleren van gebruikte banden. Een toepassing die opnieuw aan populariteit zal winnen nadat de Europese Commissie eerder dit jaar een anti-dumping taks invoerde om zo de goedkope Chinese banden te weren.

“De Europese markt werd overspoeld door goedkope banden uit China. Het gevolg was dat landbouwers niet meer kozen voor gerecycleerde banden, maar meteen nieuwe banden kochten. Daardoor ontstond een gigantische afvalberg. En tal van bedrijven die gespecialiseerd waren in het rechaperen van banden, gingen op de fles. Vandaar dat de Europese Commissie een belasting heeft ingevoerd variërend van 45 tot 65 euro per band”, weet Antheunis.

Agrityre profileert zich als een groen bedrijf en gooit zo weinig mogelijk banden weg. Zo ontstond het idee om te starten met een eigen merk van rechapé banden: “1261”, een verwijzing naar het havennummer van Agrityre.

Brandveilig magazijn

Door de grote voorraad huurt Agrityre verschillende magazijnen, maar daar komt vanaf midden 2019 verandering in.

“We zijn momenteel een nieuw magazijn aan het bouwen in het Logistiek Park Waasland in Verrebroek. We zullen geen externe magazijnen meer nodig hebben. Alles wordt gecentraliseerd op één locatie, waardoor we op logistiek vlak veel efficiënter zullen kunnen werken. Het gebouw is volledig conform de strengste veiligheidsnormen. We hebben, in nauw overleg met de brandweer, een jaar lang gezocht naar de meest veilige oplossing. Geen makkelijke denkoefening, want de wetgeving wordt steeds strenger”, zegt Bernaert.

Het nieuwe gebouw heeft een oppervlakte van 16.000 m². Alle banden worden gestapeld in rekken van meer dan negen meter. Dankzij het nieuwe magazijn wil Agrityre zijn klanten nog sneller kunnen bedienen. Een verdere uitbreiding in het Logistiek Park Waasland wordt overigens niet uitgesloten.

Organische groei

Agrityre wil stap voor stap groeien, waarbij een klantgerichte aanpak centraal staat. “Onze strategie blijft dezelfde: luisteren naar de klant en een oplossing bieden voor zijn probleem. Dat maakt ons zo uniek. Soms moeten we out-of-the-box denken en gebruiken we afgekeurde vliegtuigbanden voor grondgebruik. Verder is er nog voldoende groeimarge wat de Maxam-banden betreft”, stelt Bernaert.

Antheunis pikt daarop in: “Uiteraard zijn we ook bijzonder ambitieus wat ons eigen merk betreft. Het assortiment van “1261” zal verder worden uitgebreid. In eerste instantie kijken we vooral in de richting van landbouwbanden. We willen onze klant een zo breed mogelijk gamma kunnen aanbieden met zowel nieuwe als gerecycleerde banden. Doel is om een one-stop-shop te worden. Zo kunnen we ons differentiëren”.

Bij Agrityre willen ze vooral geen stappen overslaan in het groeiproces. Bernaert en Antheunis mikken daarom vooral op een organische groei, niet alleen in België, maar ook in Frankrijk.