"Pre-employment screening in de lift"

31/08/2009 OM 00:00 - Luc Willemijns
Placeholder
Jan Claus, partner bij BSO de Kort & Partners, hoopt dat de bijsturing van de wettelijke voorschriften de privé-detective iets meer rechten zal bieden, maar beseft gelijktijdig dat ook de plichtenlast verder zal toenemen. (Foto W & F)

Jan Claus (BSO de Kort & Partners B.V.B.A.)


"Pre-employment screening in de lift"


BSO de Kort & Partners B.V.B.A. (Ekeren) is een niet alledaagse KMO. De onderneming is bedrijvig als bureau voor commerciële en industriële recherche, zeg maar als detectivebureau. En dat blijft in België dansen op een smalle koord. Samenwerking met overheidsinstanties bijvoorbeeld blijft verboden, terwijl ook de "Wet op de Privacy" voor een beperkte maneuvreerruimte zorgt. Nochtans doen bedrijven steeds vaker een beroep op een dergelijke gespecialiseerde dienstverlening waarbij vooral "pre-employment screening" momenteel voor de sterkste groeidynamiek zorgt. Jan Claus, partner bij BSO de Kort & Partners, hoopt dat de bijsturing van de wettelijke voorschriften, die momenteel in voorbereiding is, de privé-detective iets meer rechten biedt, maar beseft gelijktijdig dat ook de plichtenlast verder zal worden opgeschroefd.


BSO (Bureau Schade Onderzoek) de Kort & Partners B.V.B.A. groeide voort uit de scheepsexpertise-activiteiten die Michel de Kort in 1989 voor een Nederlands bureau in België opzette. Toen die partij zich vrij snel terug trok, ging de Kort op eigen kracht door. Hij begaf zich al gauw op het terrein van het fraude- en aansprakelijkheidsonderzoek voor kleine en middelgrote verzekeringsmaatschappijen. In 1992 trad Jan Claus, een voormalig collega van Michel de Kort bij de lokale politie, als partner tot de onderneming toe die in een B.V.B.A.-structuur werd gegoten. Vandaag de dag stelt BSO de Kort & Partners zeven mensen voltijds tewerk, waarvan er vier het partner-statuut hebben. Jaarlijks draait de KMO een omzet die, aldus Jan Claus, in de buurt van het miljoen euro schommelt.

Dit jaar viert BSO de Kort & Partners zijn vijftienjarig bestaan. Omwille van de rationalisatie en consolidatie die zich in de verzekeringssector aftekende, richtte de onderneming vanaf medio de jaren '90 zijn diensten vooral op het brede bedrijfsleven. "Vandaag zijn zowel multinationals als cv-installateurs met vijf werknemers klant van het bureau", stelt Jan Claus. "De grote verzekeringsmaatschappijen gaven er immers de voorkeur aan hun onderzoeksactiviteiten in eigen beheer en op gestructureerde wijze te organiseren. Tot outsourcing bleken ze niet meteen bereid, hoewel in die houding nu langzamerhand terug verandering lijkt op te treden", aldus onze gesprekspartner.

Vandaag is het aandeel van de verzekeringsopdrachten bij BSO de Kort & Partners van 90% tot zowat 20% afgekalfd. Onderzoekstrajecten worden opgestart indien blijkt dat in een verzekeringsdossier een aantal knipperlichten worden geactiveerd. Bijvoorbeeld in het geval van aanrijdingen tussen familiaal verwante personen, aanrijdingen met voertuigen die buiten het bonus/malus-stelsel vallen (lees: landbouwvoertuigen, nvdr.) of nog autodiefstallen met schade tot gevolg. "Indien een dergelijk onderzoek wordt opgestart, hoeft er nochtans niet meteen kwestie van kwaad opzet te zijn," licht Jan Claus toe. Niettemin blijkt objectief onderzoek in die gevallen vaak waardevol vanuit verzekeringsoogpunt, luidt de impliciete boodschap. Nochtans, zo klinkt het, hebben verzekeringsmaatschappijen heel lang tegen de wet tot regeling van het beroep van privé-detective gelobbied. "Banken worden vooralsnog ongemoeid gelaten. Maar normaliter dienen ook zij over werknemers met een erkenning als privé-detective te beschikken. Bepaalde van hun medewerkers gaan immers in het kader van het kredietonderzoek van cliënten op zoek naar informatie omtrent privé-personen bij derden," meent onze gesprekspartner.


Professionele speler


In België werden zowat 900 privé-detectives door het ministerie van Binnenlandse Zaken officieel vergund. Zowat de helft daarvan is - tijdens een gedeelte van zijn werkzaamheden - als verzekeringsinspecteur bedrijvig. "De wet schrijft voor dat eenieder die bij derden beroepsmatig informatie inwint rond een privaat persoon in principe een vergunning als privé-detective nodig heeft. Zo ook dus verzekeringsinspecteurs of auto-experts die bij een garagehouder bijvoorbeeld navraag doen naar de kilometerstand van een voertuig dat bij een ongeval betrokken was", aldus onze gesprekspartner. Het ministerie van Binnenlandse Zaken kent dergelijke vergunningen toe, na een specifieke opleiding en een moraliteitsonderzoek, voor een te hernieuwen periode van vijf jaar. Waar in Nederland een erkenning als private rechercheur aan een rechtspersoon wordt toegekend, hanteert België het stelsel van individueel vergunde rechtspersonen. "BSO de Kort & Partners is de enige buitenlandse speler die in Nederland als recherchebureau werd erkend," zo nog Jan Claus. Belgisch privé-detectives werken vaak alleen of hooguit met zijn tweeën. Professioneel gestructureerde bedrijven als BSO de Kort & Partners zijn eerder uitzonderlijk. Onze gesprekspartner aarzelt derhalve niet om de onderneming als één van de grootste binnen zijn sector te omschrijven.


Leverancier van bedrijfsmatige diensten


BSO de Kort & Partners is niet meteen bedrijvig in het vaststellen van overspel, zoals men verkeerdelijk zou kunnen verwachten. Het bureau heeft meer bepaald zijn dienstverlening specifiek toegesneden op de noden van het bedrijfsleven. "Als recherchebureau spitsen we ons toe op alles wat voor een bedrijf een mogelijke bedreiging zou kunnen zijn als gevolg van frauduleuze praktijken. Denk aan oneerlijke concurrentie, het niet respecteren van een niet-concurrentiebeding, merkvervalsing, interne diefstallen, tijdsdiefstal, .", verduidelijkt onze gesprekspartner.

Vaak worden de opdrachten rechtstreeks voor bedrijfsmatige opdrachtgevers verzorgd. Maar dat kan ook op instructie van advocaten op zoek naar rechtsgeldig ingewonnen bewijsmateriaal in het kader van een juridisch geschil.

Jan Claus: "Het wettelijk actieterrein van een privé-detective bestaat onder meer uit het verzamelen van bewijzen die aanleiding geven tot (beëindiging van) geschillen tussen partijen. De wet van 19 juni 1991 tot regeling van het beroep van privé-detective stelt ook dat een privé-detective, al dan niet in ondergeschikt verband en tegen betaling, opsporingen kan verrichten naar verdwenen personen of gestolen goederen, bedrijfsspionage kan opsporen en ook elke activiteit kan uitoefenen die bij een in ministerraad overlegd Koninklijk Besluit wordt bepaald".


Wet op de Privacy


Onze gesprekspartner erkent dat de "Wet op de Privacy" de voornaamste belemmering is bij het uitoefenen van werkzaamheden als privé-detective. "Bepaalde elementen van de Wet op de Privacy zijn in tegenspraak met de Wet op de erkenning van het beroep van privé-detective", aldus de woordvoerder van BSO de Kort & Partners. "CAO 68 mag dan al wel het gebruik van bewakingscamera's binnen bedrijven regelen, het camerawerk in het kader van opsporing is nergens bij wet geregeld," luidt het. "Er is weliswaar rechtspraak die stelt dat niemand het recht op privacy kan inroepen om een misdrijf te plegen of te verbergen. Bovendien heerst het proportionaliteitsbeginsel dat stelt dat de ingezette middelen om iets te ontdekken steeds in verhouding moeten staan tot de ernst van het misdrijf," wordt daaraan toegevoegd.

Zaken als de "Wet op de Privacy", de voorschrijdende telecomtechnologie (die het vervreemden van bedrijfsactiva heel wat makkelijker maakt, nvdr.) en de globalisering van de economie (met in zijn zog een toename van de bedrijfs- en industriële spionage, nvdr.) maken er het werk van een privé-detective zeker niet makkelijker op. Omwille van een aantal geopolitieke evoluties (lees: de proliferatie van terrorisme, nvdr.), tekent zich binnen de wereld van de recherchebureaus een nieuw, sterk groeiend marktsegment af, met name dat van de "pre-employment screening". Zeker in bedrijven in "gevoelige" sectoren, waar de toegang tot confidentiële informatie meer dan ooit scherp wordt gemonitored. Jan Claus: "Sinds 9/11 en de invoering van de corporate integrity rules in de Verenigde Staten heeft "pre-employment screening" heel sterk aan belang gewonnen. Ook Europese bedrijven nemen er steeds vaker hun toevlucht toe. Bedrijven kunnen nu eenmaal aansprakelijk worden gehouden voor het (wan)gedrag van hun werknemers. Indien men tot een uitgebreide screening van kandidaat-werknemers tot op het hoogste niveau overgaat, heeft dat enerzijds te maken met de streeds grotere transparantie die men nastreeft, anderzijds met het mogelijk weren van radicaal ideeëngoed".

Als lid van verschillende internationale netwerken als WAD (World Assocation of Detectives) en ASIS (American Society for Industrial Security) en soortgelijke verenigingen op het Europese Continent, is BSO de Kort & Partners steeds vaker actief in de wereldwijde pre-employment screening.

Andere opdrachten situeren zich in het kader van onderzoek naar intern disfunctioneren binnen bedrijven omwille van fraude of diefstal, het recupereren van voertuigen voor rekening van lease-maatschappijen, het optreden als incassobureau (waarvoor men ook specifiek vergund is), achtergrondonderzoek van bedrijven voor rekening van buitenlandse opdrachtgevers, interne bedrijfsonderzoeken en dies meer . Voor een niet genoemde microprocessorfabrikant treedt BSO de Kort & Partners zelfs op als "interface" met officiële instanties als douane en politie om merkvervalsing op te sporen.


Nieuwe regelgeving op komst


Momenteel stelt men aan overheidswege een commissie samen die zich moet buigen over de bijsturing van de Wet tot erkenning van het beroep van privé-detective. Of dit inderdaad dit of volgend jaar effectief zijn beslag krijgen zal, zal de toekomst uitwijzen.

Als neutrale waarnemer kan men er niet onderuit dat de sector zich in vrij verdeelde slagorde opstelt. Dat inzonderheid verzekeringsmaatschappijen zich als drijvende kracht achter de bijsturingsoperatie opstellen, ligt voor de hand. Door misbruiken maximaal te bannen, willen zij immers hun onder druk staande marges op peil houden. "Momenteel verbiedt de wet onderzoek te verrichten naar de gezondheidstoestand van een privaat persoon," verduidelijkt Jan Claus. Wat überhaupt voor een verhoogd risico zorgt in het geval van bijvoorbeeld verzekeringsdekking in het kader van levensverzekeringen, arbeidsongevallen of nog, gewaarborgd inkomen. "Een arbeidsongevallenverzekering biedt nu eenmaal een betere dekking dan een verzekering tegen sportongevallen", schetst onze gesprekspartner ietwat plastisch, verwijzend naar mogelijke frauduleuze ongevallenaangiftes.

Het is derhalve geen toeval dat de verzekeringssector onlangs een vereniging oprichtte ter groepering van de eigen detectives om aan het overleg ter voorbereiding van de bijsturing van het wettelijk kader deel te nemen. "Corporate investigators menen dan weer dat ze buiten de vergunningsproblematiek vallen omdat ze hun activiteiten ontplooien binnen de bedrijfsmuren in een werkgever/werknemer-relatie. De privé-detectives vormen dan weer een derde groep, die ook andere noden en behoeften hebben," schetst Jan Claus de marktdiversiteit. Ander probleem is de relatie tussen privé-detectives en federale opsporingsdiensten. "De politiediensten zijn gehouden aan het beroepsgeheim. Het is hen derhalve verboden informatie te verstekken aan hun collega's uit de private sector. In de praktijk beschikken die evenwel over bepaalde technische know-how die niet bij de officiële politiediensten aanwezig is. Denk maar aan de problematiek van de merkvervalsing. Die know-how kan men echter slechts overdragen indien men in het bezit wordt gesteld van die informatie die vereist is om een juist oordeel te kunnen vellen. Wat dan weer niet mag," klinkt het.

Privé-detectives worden wettelijk bovendien de toegang tot een aantal officiële informatiebronnen ontzegd. Zoals de Dienst Inschrijvingen Voertuigen (DIV) of het Rijksregister. In bepaalde gevallen kunnen verzekeringsmaatschappijen of direct marketing-bureaus wel bepaalde "items" uit die gegevensbanken opvragen, merkt Jan Claus op. "Ongetwijfeld zal de nieuwe wetgeving de privé-detectives opzadelen met een aantal nieuwe plichten. We kunnen alleen maar hopen dat daartegenover enige vorm van compensatie zal staan door bepaalde informatiebronnen gedeeltelijk voor onze diensten te ontsluiten," besluit Jan Claus.

(DVO345A2) Bij de foto's: Jan Claus, partner bij BSO de Kort & Partners, hoopt dat de bijsturing van de wettelijke voorschriften de privé-detective iets meer rechten zal bieden, maar beseft gelijktijdig dat ook de plichtenlast verder zal toenemen. (Foto W & F) "De wet schrijft voor dat eenieder die bij derden beroepsmatig informatie inwint rond een privaat persoon in principe een vergunning als privé-detective nodig heeft. Zo ook dus verzekeringsinspecteurs of auto-experts die bij een garagehouder bijvoorbeeld navraag doen naar de kilometerstand van een voertuig dat bij een ongeval betrokken was", aldus Jan Claus, partner bij BSO de Kort & Partners. (Foto W & F) Jan Claus (BSO de Kort & Partners B.V.B.A): "Als recherchebureau spitsen we ons toe op alles wat voor een bedrijf een mogelijke bedreiging zou kunnen zijn als gevolg van frauduleuze praktijken. Denk aan oneerlijke concurrentie, het niet respecteren van een niet-concurrentiebeding, merkvervalsing, interne diefstallen, tijdsdiefstal, .". (Foto W & F) Citaten: "De grote verzekeringsmaatschappijen gaven er de voorkeur aan hun onderzoeksactiviteiten in eigen beheer en op gestructureerde wijze te structureren. Tot outsourcing bleken ze niet meteen bereid, hoewel in die houding nu langzamerhand terug verandering lijkt op te treden" "Banken worden vooralsnog ongemoeid gelaten. Normaliter dienen ook zij over een erkenning als privé-detective te beschikken. Bepaalde van hun medewerkers gaan immers in het kader van het kredietonderzoek op zoek naar informatie omtrent privé-personen bij derden" "BSO de Kort & Partners is de enige buitenlandse speler die in Nederland als recherchebureau werd erkend" "Het wettelijk actieterrein van een privé-detective bestaat onder meer uit het verzamelen van bewijzen die aanleiding geven tot (beëindiging van) geschillen tussen partijen" "Bepaalde elementen van de Wet op de Privacy zijn in tegenspraak met de Wet op de erkenning van het beroep van privé-detective" "CAO 68 mag dan al wel het gebruik van bewakingscamera's binnen bedrijven regelen, het camerawerk in het kader van opsporing is nergens bij wet geregeld" "Sinds 9/11 en de invoering van corporate integrity rules in de Verenigde Staten heeft "pre-employment screening" heel sterk aan belang gewonnen" "Indien men tot een uitgebreide screening van kandidaat-werknemers tot op het hoogste niveau overgaat, heeft dat enerzijds te maken met de steeds grotere transparantie die men nastreeft, anderzijds met het mogelijk weren van radicaal ideeëngoed" "Momenteel verbiedt de wet onderzoek te verrichten naar de gezondheidstoestand van een privaat persoon"

Jan Claus (BSO de Kort & Partners B.V.B.A.)


"Pre-employment screening in de lift"


BSO de Kort & Partners B.V.B.A. (Ekeren) is een niet alledaagse KMO. De onderneming is bedrijvig als bureau voor commerciële en industriële recherche, zeg maar als detectivebureau. En dat blijft in België dansen op een smalle koord. Samenwerking met overheidsinstanties bijvoorbeeld blijft verboden, terwijl ook de "Wet op de Privacy" voor een beperkte maneuvreerruimte zorgt. Nochtans doen bedrijven steeds vaker een beroep op een dergelijke gespecialiseerde dienstverlening waarbij vooral "pre-employment screening" momenteel voor de sterkste groeidynamiek zorgt. Jan Claus, partner bij BSO de Kort & Partners, hoopt dat de bijsturing van de wettelijke voorschriften, die momenteel in voorbereiding is, de privé-detective iets meer rechten biedt, maar beseft gelijktijdig dat ook de plichtenlast verder zal worden opgeschroefd.


BSO (Bureau Schade Onderzoek) de Kort & Partners B.V.B.A. groeide voort uit de scheepsexpertise-activiteiten die Michel de Kort in 1989 voor een Nederlands bureau in België opzette. Toen die partij zich vrij snel terug trok, ging de Kort op eigen kracht door. Hij begaf zich al gauw op het terrein van het fraude- en aansprakelijkheidsonderzoek voor kleine en middelgrote verzekeringsmaatschappijen. In 1992 trad Jan Claus, een voormalig collega van Michel de Kort bij de lokale politie, als partner tot de onderneming toe die in een B.V.B.A.-structuur werd gegoten. Vandaag de dag stelt BSO de Kort & Partners zeven mensen voltijds tewerk, waarvan er vier het partner-statuut hebben. Jaarlijks draait de KMO een omzet die, aldus Jan Claus, in de buurt van het miljoen euro schommelt.

Dit jaar viert BSO de Kort & Partners zijn vijftienjarig bestaan. Omwille van de rationalisatie en consolidatie die zich in de verzekeringssector aftekende, richtte de onderneming vanaf medio de jaren '90 zijn diensten vooral op het brede bedrijfsleven. "Vandaag zijn zowel multinationals als cv-installateurs met vijf werknemers klant van het bureau", stelt Jan Claus. "De grote verzekeringsmaatschappijen gaven er immers de voorkeur aan hun onderzoeksactiviteiten in eigen beheer en op gestructureerde wijze te organiseren. Tot outsourcing bleken ze niet meteen bereid, hoewel in die houding nu langzamerhand terug verandering lijkt op te treden", aldus onze gesprekspartner.

Vandaag is het aandeel van de verzekeringsopdrachten bij BSO de Kort & Partners van 90% tot zowat 20% afgekalfd. Onderzoekstrajecten worden opgestart indien blijkt dat in een verzekeringsdossier een aantal knipperlichten worden geactiveerd. Bijvoorbeeld in het geval van aanrijdingen tussen familiaal verwante personen, aanrijdingen met voertuigen die buiten het bonus/malus-stelsel vallen (lees: landbouwvoertuigen, nvdr.) of nog autodiefstallen met schade tot gevolg. "Indien een dergelijk onderzoek wordt opgestart, hoeft er nochtans niet meteen kwestie van kwaad opzet te zijn," licht Jan Claus toe. Niettemin blijkt objectief onderzoek in die gevallen vaak waardevol vanuit verzekeringsoogpunt, luidt de impliciete boodschap. Nochtans, zo klinkt het, hebben verzekeringsmaatschappijen heel lang tegen de wet tot regeling van het beroep van privé-detective gelobbied. "Banken worden vooralsnog ongemoeid gelaten. Maar normaliter dienen ook zij over werknemers met een erkenning als privé-detective te beschikken. Bepaalde van hun medewerkers gaan immers in het kader van het kredietonderzoek van cliënten op zoek naar informatie omtrent privé-personen bij derden," meent onze gesprekspartner.


Professionele speler


In België werden zowat 900 privé-detectives door het ministerie van Binnenlandse Zaken officieel vergund. Zowat de helft daarvan is - tijdens een gedeelte van zijn werkzaamheden - als verzekeringsinspecteur bedrijvig. "De wet schrijft voor dat eenieder die bij derden beroepsmatig informatie inwint rond een privaat persoon in principe een vergunning als privé-detective nodig heeft. Zo ook dus verzekeringsinspecteurs of auto-experts die bij een garagehouder bijvoorbeeld navraag doen naar de kilometerstand van een voertuig dat bij een ongeval betrokken was", aldus onze gesprekspartner. Het ministerie van Binnenlandse Zaken kent dergelijke vergunningen toe, na een specifieke opleiding en een moraliteitsonderzoek, voor een te hernieuwen periode van vijf jaar. Waar in Nederland een erkenning als private rechercheur aan een rechtspersoon wordt toegekend, hanteert België het stelsel van individueel vergunde rechtspersonen. "BSO de Kort & Partners is de enige buitenlandse speler die in Nederland als recherchebureau werd erkend," zo nog Jan Claus. Belgisch privé-detectives werken vaak alleen of hooguit met zijn tweeën. Professioneel gestructureerde bedrijven als BSO de Kort & Partners zijn eerder uitzonderlijk. Onze gesprekspartner aarzelt derhalve niet om de onderneming als één van de grootste binnen zijn sector te omschrijven.


Leverancier van bedrijfsmatige diensten


BSO de Kort & Partners is niet meteen bedrijvig in het vaststellen van overspel, zoals men verkeerdelijk zou kunnen verwachten. Het bureau heeft meer bepaald zijn dienstverlening specifiek toegesneden op de noden van het bedrijfsleven. "Als recherchebureau spitsen we ons toe op alles wat voor een bedrijf een mogelijke bedreiging zou kunnen zijn als gevolg van frauduleuze praktijken. Denk aan oneerlijke concurrentie, het niet respecteren van een niet-concurrentiebeding, merkvervalsing, interne diefstallen, tijdsdiefstal, .", verduidelijkt onze gesprekspartner.

Vaak worden de opdrachten rechtstreeks voor bedrijfsmatige opdrachtgevers verzorgd. Maar dat kan ook op instructie van advocaten op zoek naar rechtsgeldig ingewonnen bewijsmateriaal in het kader van een juridisch geschil.

Jan Claus: "Het wettelijk actieterrein van een privé-detective bestaat onder meer uit het verzamelen van bewijzen die aanleiding geven tot (beëindiging van) geschillen tussen partijen. De wet van 19 juni 1991 tot regeling van het beroep van privé-detective stelt ook dat een privé-detective, al dan niet in ondergeschikt verband en tegen betaling, opsporingen kan verrichten naar verdwenen personen of gestolen goederen, bedrijfsspionage kan opsporen en ook elke activiteit kan uitoefenen die bij een in ministerraad overlegd Koninklijk Besluit wordt bepaald".


Wet op de Privacy


Onze gesprekspartner erkent dat de "Wet op de Privacy" de voornaamste belemmering is bij het uitoefenen van werkzaamheden als privé-detective. "Bepaalde elementen van de Wet op de Privacy zijn in tegenspraak met de Wet op de erkenning van het beroep van privé-detective", aldus de woordvoerder van BSO de Kort & Partners. "CAO 68 mag dan al wel het gebruik van bewakingscamera's binnen bedrijven regelen, het camerawerk in het kader van opsporing is nergens bij wet geregeld," luidt het. "Er is weliswaar rechtspraak die stelt dat niemand het recht op privacy kan inroepen om een misdrijf te plegen of te verbergen. Bovendien heerst het proportionaliteitsbeginsel dat stelt dat de ingezette middelen om iets te ontdekken steeds in verhouding moeten staan tot de ernst van het misdrijf," wordt daaraan toegevoegd.

Zaken als de "Wet op de Privacy", de voorschrijdende telecomtechnologie (die het vervreemden van bedrijfsactiva heel wat makkelijker maakt, nvdr.) en de globalisering van de economie (met in zijn zog een toename van de bedrijfs- en industriële spionage, nvdr.) maken er het werk van een privé-detective zeker niet makkelijker op. Omwille van een aantal geopolitieke evoluties (lees: de proliferatie van terrorisme, nvdr.), tekent zich binnen de wereld van de recherchebureaus een nieuw, sterk groeiend marktsegment af, met name dat van de "pre-employment screening". Zeker in bedrijven in "gevoelige" sectoren, waar de toegang tot confidentiële informatie meer dan ooit scherp wordt gemonitored. Jan Claus: "Sinds 9/11 en de invoering van de corporate integrity rules in de Verenigde Staten heeft "pre-employment screening" heel sterk aan belang gewonnen. Ook Europese bedrijven nemen er steeds vaker hun toevlucht toe. Bedrijven kunnen nu eenmaal aansprakelijk worden gehouden voor het (wan)gedrag van hun werknemers. Indien men tot een uitgebreide screening van kandidaat-werknemers tot op het hoogste niveau overgaat, heeft dat enerzijds te maken met de streeds grotere transparantie die men nastreeft, anderzijds met het mogelijk weren van radicaal ideeëngoed".

Als lid van verschillende internationale netwerken als WAD (World Assocation of Detectives) en ASIS (American Society for Industrial Security) en soortgelijke verenigingen op het Europese Continent, is BSO de Kort & Partners steeds vaker actief in de wereldwijde pre-employment screening.

Andere opdrachten situeren zich in het kader van onderzoek naar intern disfunctioneren binnen bedrijven omwille van fraude of diefstal, het recupereren van voertuigen voor rekening van lease-maatschappijen, het optreden als incassobureau (waarvoor men ook specifiek vergund is), achtergrondonderzoek van bedrijven voor rekening van buitenlandse opdrachtgevers, interne bedrijfsonderzoeken en dies meer . Voor een niet genoemde microprocessorfabrikant treedt BSO de Kort & Partners zelfs op als "interface" met officiële instanties als douane en politie om merkvervalsing op te sporen.


Nieuwe regelgeving op komst


Momenteel stelt men aan overheidswege een commissie samen die zich moet buigen over de bijsturing van de Wet tot erkenning van het beroep van privé-detective. Of dit inderdaad dit of volgend jaar effectief zijn beslag krijgen zal, zal de toekomst uitwijzen.

Als neutrale waarnemer kan men er niet onderuit dat de sector zich in vrij verdeelde slagorde opstelt. Dat inzonderheid verzekeringsmaatschappijen zich als drijvende kracht achter de bijsturingsoperatie opstellen, ligt voor de hand. Door misbruiken maximaal te bannen, willen zij immers hun onder druk staande marges op peil houden. "Momenteel verbiedt de wet onderzoek te verrichten naar de gezondheidstoestand van een privaat persoon," verduidelijkt Jan Claus. Wat überhaupt voor een verhoogd risico zorgt in het geval van bijvoorbeeld verzekeringsdekking in het kader van levensverzekeringen, arbeidsongevallen of nog, gewaarborgd inkomen. "Een arbeidsongevallenverzekering biedt nu eenmaal een betere dekking dan een verzekering tegen sportongevallen", schetst onze gesprekspartner ietwat plastisch, verwijzend naar mogelijke frauduleuze ongevallenaangiftes.

Het is derhalve geen toeval dat de verzekeringssector onlangs een vereniging oprichtte ter groepering van de eigen detectives om aan het overleg ter voorbereiding van de bijsturing van het wettelijk kader deel te nemen. "Corporate investigators menen dan weer dat ze buiten de vergunningsproblematiek vallen omdat ze hun activiteiten ontplooien binnen de bedrijfsmuren in een werkgever/werknemer-relatie. De privé-detectives vormen dan weer een derde groep, die ook andere noden en behoeften hebben," schetst Jan Claus de marktdiversiteit. Ander probleem is de relatie tussen privé-detectives en federale opsporingsdiensten. "De politiediensten zijn gehouden aan het beroepsgeheim. Het is hen derhalve verboden informatie te verstekken aan hun collega's uit de private sector. In de praktijk beschikken die evenwel over bepaalde technische know-how die niet bij de officiële politiediensten aanwezig is. Denk maar aan de problematiek van de merkvervalsing. Die know-how kan men echter slechts overdragen indien men in het bezit wordt gesteld van die informatie die vereist is om een juist oordeel te kunnen vellen. Wat dan weer niet mag," klinkt het.

Privé-detectives worden wettelijk bovendien de toegang tot een aantal officiële informatiebronnen ontzegd. Zoals de Dienst Inschrijvingen Voertuigen (DIV) of het Rijksregister. In bepaalde gevallen kunnen verzekeringsmaatschappijen of direct marketing-bureaus wel bepaalde "items" uit die gegevensbanken opvragen, merkt Jan Claus op. "Ongetwijfeld zal de nieuwe wetgeving de privé-detectives opzadelen met een aantal nieuwe plichten. We kunnen alleen maar hopen dat daartegenover enige vorm van compensatie zal staan door bepaalde informatiebronnen gedeeltelijk voor onze diensten te ontsluiten," besluit Jan Claus.

Voor u geselecteerd

Kort de voordelen van een abonnement...

Belangrijk nieuws te delen?

Cookie voorkeuren

Deze website gebruikt cookies om je een betere bezoekerservaring te bieden. Bepaal hier welke soort cookies je toestaat.