Wordt Indonesië uw volgende buitenlandse doelmarkt?

17/06/2015 OM 07:45 - Luc Willemijns
E896d47342aec2115c700d43ae73be38
Na de BRICS-landen, was het de beurt aan de Next 11. Elf veelbelovende landen die, volgens investeringsbank Goldman Sachs, ook veel kans maken om uit te groeien tot ’s werelds grootste economieën van deze eeuw. Indonesië bevindt er zich in het mooie gezelschap van andere toppers als Turkije en Zuid-Korea.

Alles bij elkaar genomen is Indonesië goed op weg om die hooggespannen reputatie waar te maken. Dat verklaart ook waarom de interesse van Vlaamse ondernemers in het land alsmaar toeneemt. Ondernemen in Indonesië loopt evenwel niet altijd van een leien dakje. Hieronder vindt u wat aandacht voor enkele recente ontwikkelingen en wat de mogelijke impact ervan op Vlaamse internationaliseringsplannen is.

Sinds Indonesië zijn stempel van Next 11-land gekregen heeft, kon het een decennium lang uitpakken met groeicijfers van ongeveer 6%. In het voorbije anderhalf jaar zakte die groei naar 5%. Dat zijn, zeker in vergelijking met tal van andere landen, nog altijd schitterende groeicijfers, maar ze scoren wel onder de verwachtingen.

Die daling volgt de algemene dalende trend door de wereldwijde economische malaise, maar ook intern hebben de presidentsverkiezingen vorig jaar gezorgd voor een vertraging.

Bovendien heeft de kersverse president Joko Widodo - Jokowi in de volksmond - nog geen beloften kunnen inlossen. Maar op de lange termijn is het geloof er zeker dat Indonesië aan de verwachtingen zal beantwoorden. Rest nog de vraag hoe langzaam dat zal zijn. Maar zeker is nu al dat het land geen vlot parcours zal rijden, maar enkele hordes zal moeten nemen.

Water is troef

Met meer dan 17.500 eilanden is Indonesië de grootste archipel ter wereld. In de plaats van dat als een nadeel te beschouwen, maakte president Widodo het tot zijn stokpaardje om Indonesië naar voren te schuiven als een maritiem land. Daarom wil hij focussen op de verbetering van de havens, het stimuleren van scheepswerven en de strenge aanpak van de illegale visserij van buurlanden, zodat de eigen visserij kan heropleven. Eerder dan op het verbeteren van de bestaande en verwaarloosde infrastructuur zoals auto- en spoorwegen.

Nog werk voor de boeg

Dat is minder goed nieuws voor de huidige situatie op de weg. Zowat 60% van de economie situeert zich op Java, waar de hoofdstad Jakarta is gevestigd. Met ongeveer 26 miljoen inwoners in Groot-Jakarta is het de op twee na grootste metropool ter wereld. En dat zonder openbaar vervoer of echte urbanisatiestructuur.

Dat Jakarta is uitgeroepen tot slechtste stad ter wereld op het vlak van mobiliteit, komt niet als een verrassing. Het is hallucinant om te zien hoe in Jakarta wel wolkenkrabbers verrijzen, maar geen wegen die ernaar toe leiden. De eerste stappen naar een metronetwerk zijn intussen gezet, maar het duurt nog wel een poos voor dat operationeel zal zijn. Intussen slibt de stad dicht en weet je nooit op voorhand hoe laat je op een afspraak zal arriveren of wanneer je gasten zullen aankomen.

Nochtans is er wel geld. Luxemerken gaan hier vlot over de toonbank. En de rijkdom is niet alleen in handen van een beperkte groep rijken, ook de middenklasse groeit. Op ruim 250 miljoen inwoners tikt dat aan. Daarnaast is de bevolking overwegend jong. Indonesiërs willen vooruit en ze spenderen graag hun geld.

Richting nationalisme

De regering maakt daarentegen een vrij nationalistische beweging. Momenteel geldt de gedachte dat Indonesiërs alles zelf kunnen doen, dat buitenlanders niet nodig zijn. Met als gevolg dat er een pak handelsbelemmeringen in het leven worden geroepen. Volgens de EU is Indonesië daarin zelfs wereldwijd koploper.

Wil je hier als bedrijf toch actief zijn, dan moet je hier ook effectief aanwezig zijn, zo vindt de overheid. Daarom is pure export naar het land erg moeilijk. Nochtans heeft de Indonesische markt import nodig, en ook de concurrentie die daarbij komt.

Zich open stellen voor buitenlandse activiteiten zou nochtans in het voordeel van Indonesië spelen. Nu produceren bijvoorbeeld Japan, Zuid-Korea en China - de belangrijkste handelspartners van Indonesië - er vooral voor hun lokale markten. En dat terwijl Indonesië eigenlijk zichzelf zou moeten profileren als dé productie-hub en het exportcentrum voor de ASEAN-landen. Tot slot wordt ook expats er het leven alsmaar moeilijker gemaakt.

Administratieve rompslomp

Alleen al om import- en exportvergunningen geregeld te krijgen, wacht je een pak administratie. Procedures en reguleringen nemen veel tijd in beslag. De lokale omgeving werkt soms tegen en een zekere vorm van nationalisme is duidelijk aanwezig. Ook de taalbarrière vormt een bijkomend obstakel.

Vraag je daarom zelf best af om je voldoende middelen hebt om een periode van ongeveer vier tot vijf jaar te overbruggen. Zolang kan het immers duren voor je break-even draait. Voorts is een goede, sterke en betrouwbare lokale partner essentieel. Ga niet halsoverkop in zee met een partij omdat zo vriendelijk lijkt. Check en dubbel-check!

Naast de politieke conflicten, beïnvloeden ook culturele en religieuze factoren het lokale ondernemen. Zo dien je er rekening mee te houden dat de overgrote meerderheid van de bevolking islamitisch is. Vijf maal per dag moeten zij de kans krijgen om te bidden. Tijdens de ramadan of vastenperiode wordt er veelal op minder volle kracht gewerkt dan gewoonlijk.

Minder zekerheden

In Indonesië bestaan ook minder zekerheden dan bij ons. Een “ja” is soms eigenlijk een grote “nee”. Geloof niet alles wat Indonesiërs zeggen, ze weten het soms zelf niet en geven dat niet toe uit vrees om gezichtsverlies te lijden. En in je planning calculeer je best driemaal zoveel tijd die je anders zou rekenen. Hou vooral vol en geef niet op.

Lange termijndenken

De toevloed aan wijzigingen en nieuwe spelregels zijn nefast voor buitenlandse investeerders, want die willen uiteraard stabiliteit. Maar weet ook dat de meeste wetten een stille dood sterven. Vaak blijkt immers dat ze tegenstrijdig zijn met andere regels of simpelweg niet haalbaar zijn. De kloof tussen de uitvaardiging en de werkelijke implementatie van wetten is gigantisch.

Zelfs politici nemen het niet altijd zo nauw met de regels. Zij kampen algemeen met een onbetrouwbaar imago. Dat heeft overigens president Widodo aan zijn overwinning geholpen: zijn “cleane” reputatie en het feit dat hij niet in de elite geboren is.

Die instabiliteit en de ermee gepaard gaande onzekerheid kunnen alleen de grote spelers overbruggen. Voor KMO’s kan zo’n periode van onzekerheid wel het einde betekenen. Zij hebben gewoonlijk onvoldoende buffers om veel risico’s te nemen en te dragen. Daarom is de samenwerking met een lokale partner cruciaal. Die kent de lokale gewoontes en weet bovendien hoe hij met corruptie moet omgaan. Want die heerst in verschillende mate op vele niveaus.

(Bovenstaande bijdrage kwam tot stand in samenwerking met Flanders Investment & Trade)

Meer info: www.flanderstrade.be.

Voor u geselecteerd

Kort de voordelen van een abonnement...

Belangrijk nieuws te delen?

Cookie voorkeuren

Deze website gebruikt cookies om je een betere bezoekerservaring te bieden. Bepaal hier welke soort cookies je toestaat.