"Talmen met noodzakelijke fundamentele keuzes niet langer te verantwoorden"

Karel Van Eetvelt (UNIZO)
"Talmen met noodzakelijke fundamentele keuzes niet langer te verantwoorden"
Op het ogenblik dat u dit onder ogen krijgt, waarde lezer, zal bekend zijn of de sociale partners er in slaagden een interprofessioneel akkoord voor 2005 en 2006 af te sluiten. Toen dit stuk werd gepleegd, was het voor het oog van de TV-camera's nog volop tijd voor boude uitspraken en harde standpunten. Feit is dat niet langer kan worden getalmd om structureel in te grijpen in de fundamenten van de sociale verzorgingsstaat. Zoniet hypothekeren we de toekomst van onze kinderen en kleinkinderen. "de Vlaamse Ondernemer" sprak met Karel Van Eetvelt, sinds begin deze maand topman van werkgeversorganisatie UNIZO (Unie van Zelfstandige Ondernemers). Tijdens het kennismakingsgesprek nam de gedelegeerd bestuurder, zoals verder blijken zal, geen blad voor de mond en werden spijkers met koppen geslagen.
Karel Van Eetvelt, licentiaat lichamelijke opvoeding, nam op 1 december j.l. als gedelegeerd bestuurder van UNIZO officieel de fakkel over van Kris Peeters, die in de Vlaamse regering de portefeuille van minister van Openbare Werken en Milieu opnam. Sinds 1992 is Van Eetvelt werkzaam voor de werkgeversorganisatie. Tot voor kort bekleedde hij de functie van gedelegeerd bestuurder van Bouwunie, de Unie van het KMO-bouwbedrijf en het voormalige Nacebo, wat hem de voorbije jaren ook ervaring inzake sociaal overleg opleverde. Net voor het gesprek plaatsvond kwam VKW-Limburg tot de onthutsende vaststelling dat 1 Limburgs bedrijf op 4 overweegt om binnen afzienbare tijd te delokaliseren. Een zoveelste negatief signaal in een lange rij. Voor onze gesprekspartner nog maar eens het bewijs dat bij hoogdringendheid structurele maatregelen moeten worden getroffen. "Belangrijkste handicap in dit land blijft de loonhandicap. Niet alleen ten opzichte van onze buurlanden, maar zeker ten opzichte van een aantal meer oostwaarts gelegen landen. Vooralsnog slaagden we er in die handicap te compenseren met een hoge arbeidsproductiviteit en een verregaande specialisatie, waar ongetwijfeld de toekomst van de Vlaamse ondernemers ligt. Maar de eerlijkheid gebiedt te stellen dat de bovengrens van de productiviteit werd bereikt, zoniet al werd overschreden. De delokalisatie-idee waarmee 25% van de Limburgse ondernemers speelt, verbaast derhalve niet," steekt onze gesprekspartner van wal. "Niet alle (productie)ondernemingen kunnen evenwel om redenen van voornamelijk logistieke aard delokaliseren. In dat geval moeten we wel vaststellen dat die ondernemingen steeds vaker goedkope arbeidskrachten inhuren, die uit Oost-Europa afkomstig zijn. Sinds de uitbreiding van de Europese Unie heeft dat fenomeen zich versneld doorgezet," wordt daaraan toegevoegd.
Negatief ondernemersimago
Indien de maatschappij van zijn ondernemers verwacht dat die werkgelegenheid voor de autochtone bevolking creëren, dan blijft nog een flink eind te gaan om de omgeving bedrijfsvriendelijker te maken. Van Eetvelt stoort zich bovendien aan het sterk negatieve imago waaronder ondernemers gebukt gaan. Dat vakbondsorganisaties dat nog verder in de hand werken door onder meer de buitensporige managersvergoeding van de topman van een West-Vlaams bedrijf als voorbeeld aan te halen, vindt hij misplaatst. "Betrokkene was vooreerst geen ondernemer in de ware zin van het woord die eigen middelen in het bedrijf investeerde en zeker niet representatief voor de ondernemerswereld. Indien werknemersorganisaties dat beeld wensen te misbruiken, is dat hun zaak. Qua representativiteit slaat het nergens op en getuigt het niet meteen van een constructieve insteek," aldus onze gesprekspartner.
"Conflictueuze" dossiers
De UNIZO-topman meent dat het sociaal overleg in België door een overlegmodel wordt geschraagd, dat evenwel door een aantal "conflictueuze" dossiers wordt belemmerd. Aan de onderhandelingstafel van de sociale partners zitten een aantal partijen die garen uit die conflicten spinnen, veeleer dan constructief denkwerk te leveren, klinkt het harde verdict. "In een dossier zoals arbeidsflexibiliteit worden sloganeske termen gehanteerd. Mensen die meer willen werken horen tegen zichzelf te worden beschermd, luidt de argumentatie. Dat men dergelijke zaken durft te poneren, duidt ontegensprekelijk op een heel diepe kloof met de achterban" zo nog Van Eetvelt. Niettemin voegt onze gesprekspartner er ietwat nuancerend aan toe een stelselmatige evolutie van "conflictueuze" naar meer constructieve onderhandelingen tussen werkgevers en werknemers waar te nemen. "Kennelijk groeit het aantal gesprekspartners rond de tafel die overtuigd zijn dat aan een nieuw model dient gewerkt dat de toekomst van de komende generaties niet hypothekeert. Als UNIZO benaderen we het geheel uiteraard vanuit werkgeversoogpunt en staan we een klimaat voor dat hen alle kansen tot succesvol ondernemen biedt. De werknemersorganisaties zijn dan weer meer sociaal geïnspireerd en tonen zich voorstander van een maatschappij waarin elke werknemer volwaardig kan meedraaien. Uitdaging blijft die twee standpunten met elkaar te verzoenen," stelt onze gesprekspartner.
Heilige koeien
Maar feit is dat elk van de sociale gesprekspartners een aantal heilige koeien op de weide heeft staan, die de ontwikkeling van een nieuw sociaal model, hoe broodnodig ook, er zeker niet makkelijker op maken. "Voor UNIZO is een verdere inkorting van de wekelijkse arbeidsduur onbespreekbaar. Het verbod om meer dan 38 uur per week te werken is ronduit onbegrijpelijk. Mochten we in Vlaanderen met zijn allen onze arbeidsprestaties op weekbasis tot die hoeveelheid hebben beperkt, hadden we nooit het welvaartspeil van vandaag de dag hebben kunnen neerzetten. En dat is lang niet hetzelfde als stellen dat iedereen bijvoorbeeld 50 uur per week moet presteren. Iedereen is bij goede evenwichten gebaat. In een maatschappij waarin elkeen getuigt van een grotere mondigheid, kan eenieder voor zichzelf wel uitmaken hoeveel arbeidsuren hij wekelijks daadwerkelijk bereid is te presteren. En met die wens wordt op de werkvloer ook terdege rekening gehouden. Laat ons derhalve die vrijheid inbouwen, weliswaar onder bepaalde voorwaarden en garanties, uiteraard gekoppeld aan de juiste verloning", stelt de nieuwe UNIZO-topman voor.
Ondernemingsvriendelijk kader?
Van Eetvelt trekt sterk in twijfel of de overheid, die leeft bij de gratie van werkgevers en werknemers, wel een ondernemingsvriendelijk kader creëert. De nieuwe regelgeving op de bedrijfswagesn kan niet meteen als bedrijfsvriendelijk worden bestempeld net zo min als de voorgestelde Elia-heffing, bedoeld op het inkomstenverlies van de gemeenten als gevolg van de lagere tarieven voor het gebruik van het electriciteitsnet. "Tachtig procent van de Elia-heffingen zullen door KMO's worden betaald," aldus Van Eetvelt. En ook het voorstel tot de invoering van een algemene sociale bijdrage (ASB) kan op weinig begrip rekenen. Van Eetvelt: "De algemene sociale bijdrage vertrekt van de illusie dat de draagkracht om een sociaal vangnet te financieren oneindig is. De wijze waarop het concept thans wordt voorgesteld is ronduit waanzinnig. Net zoals de manier waarop deze zou worden ingevoerd geheid zeker een arbeidsdodend effect zal genereren. De enige oplossing bestaat erin te snoeien in de sociale zekerheidsuitgaven, uitwassen en misbruiken weg te snijden en van de zware hangmat van vandaag opnieuw een efficiënt vangnet te maken". Vandaar dat UNIZO uit respect voor de combinatie gezin en arbeid gevonden is voor het behouden van de thematische verloven, zoals bijvoorbeeld voor het verstrekken van palliatieve zorgen. Anders ligt het wat het hele verhaal rond tijdskrediet betreft, dat "dringend uitgezuiverd dient". "En waarom moeten werkgevers via de sociale bijdragen betalen voor uitgaven die niets met arbeid te maken hebben, zoals de financiering van de kinderbijslag bijvoorbeeld. Uiteraard blijft de regionalisering van de sociale zekerheid een mogelijke optie als dat kan bijdragen tot minder uitgaven en minder kosten," meent onze gesprekspartner. Ook in zijn verdict over de administratieve vereenvoudiging toont de nieuwe gedelegeerd bestuurder van UNIZO zich bijzonder hard: "Nog steeds poneert de overheid met veel "aplomb" voorstander te zijn van een administratieve vereenvoudiging. Ingeval van nieuwe reglementeringen blijkt helaas een vereenvoudiging van de administratieve verwerkbaarheid voor de ambtenarij nog altijd voorop te staan, de haalbaarheid voor de ondernemers komt meestal op de tweede plaats".
Fundamentele keuzes vereist
Van Eetvelt: "Wensen we in Vlaanderen onze ondernemers te houden, moeten fundamentele keuzes worden gemaakt tussen enerzijds het uitdelen van geschenken, anderzijds de creatie van werkgelegenheid. Zowel de overheid als de werknemersorganisaties kunnen enkel de werkgelegenheid stimuleren indien een voor de ondernemingen zo aantrekkelijk mogelijk omgeving wordt geschapen. Niet door te blijven de niet-actieve bevolking te stimuleren om niet actief te blijven. Het effect nu is dubbel negatief: uit kostenoogpunt is het voor ondernemers minder interessant om mensen tewerk te stellen terwijl het voor personen die niet aan het arbeidsproces deelnemen op zijn zachtst gesteld interessanter is om niet te werken". Zonder fundamentele keuzes, is het huidige sociale zekerheidsmodel gedoemd tot imploderen, meent onze gesprekspartner, en zal het kind samen met het badwater worden weggegooid. "Ofwel investeren we vandaag alle mogelijke middelen in werkgelegenheid, ofwel gooien we de bekommernis voor de toekomstige generaties gewoon overboord. Nog langer talmen om drastische ingrepen te doen, kan niet meer. Elke dag die nu verloren gaat, legt een hypotheek op de toekomst van onze (klein)kinderen," luidt de niet mis te verstane waarschuwing.
Verlaging vakbondsdrempel in KMO's
Dat KMO's zich hoeden voor de 50 werknemers-grens op zich toont ten overvloede aan dat een vakbondsdelegatie binnen dat soort ondernemingen contraproductief werkt. Een nieuwe Europese richtlijn schrijft voor die grens nog verder te verlagen, althans volgens de werknemersorganisaties. "Nergens maakt de Europese richtlijn gewag van een drempelverlaging. Er wordt enkel gesproken over een informatieverplichting waarvan UNIZO zich een grote voorstander toont. In KMO's wordt ten andere al heel wat informatie met de werknemers gedeeld. Het verstrekken van financiële informatie is misschien nog voor verbetering vatbaar. Maar feit is dat in KMO-omgeving dagelijks overleg tussen werkgever en werknemers is. Het tussenvoegen van een vakbondsafgevaardigde, of erger nog een afgevaardigde vreemd aan het bedrijf, wordt door de werknemers zelf als een stap achteruit ervaren. Welke is de meest optimale keuze voor een werknemer: dagdagelijks de kans hebben om zelf met de baas te praten dan welk die communicatie via een derde partij te laten verlopen? Het invoegen van een dergelijk tussen-échelon is derhalve compleet zinloos. Vanuit vakbondsoogpunt heeft de verlaging van de drempels voor de werknemersvertegenwoordiging in de verste verte niets te maken met bescherming van de werknemers, maar alles met het op macht uit zijn van de werknemersorganisatie zelf. Ondanks pogingen tot installatie van buitenaf zijn er momenteel heel wat voorbeelden van bedrijven waar de intrede van een vakbondsafgevaardigde door de personeelsleden zelf wordt verhinderd. Kortom, er zijn vandaag heel wat belangrijker problemen dan dit dossier dat van zuiver symbolische aard is", aldus Karel Van Eetvelt.
Misbruiken inherent aan sociale bescherming
Dat misbruiken van bepaalde werknemers door de werknemersorganisaties tot grote ergernis van de werkgevers worden gedekt, wordt door onze gesprekspartner niet ontkend. "Misbruiken zijn nu eenmaal inherent aan sociale bescherming. België is één van de weinige landen waar een dergelijk verregaand model van sociale bescherming van kracht is. Zelfs in Italië is dat, wat men ook beweren moge, zeker niet het geval," luidt het. "Toch dient eerlijkheidshalve gesteld dat de vakbonden meer dan vroeger hun verantwoordelijkheid nemen indien bepaalde werknemers een scheve schaats rijden".
Automatische loonindexering achterhaald
Dat voor de werknemersorganisaties de automatische loonindexering als één van hun heilige koeien geldt, is bekend. Karel Van Eetvelt: "De vraagt dringt zich op wat de toegevoegde waarde van de automatische loonindexering voor de actieve bevolking is. UNIZO is vragende partij voor het vrijwaren van de koopkracht op zijn huidige peil. Veel van onze bedrijven moeten het hebben van het binnenlands verbruik en zijn dus afhankelijk van de koopkracht van de bevolking. Automatische loonindexering biedt die garantie niet meer. Het zijn immers de bruto-lonen die worden geïndexeerd, waarop gigantische sociale lasten drukken. Er is een fundamenteel verschil tussen de aanpassing van de bruto-lonen en het in stand houden van de netto-koopkracht. De automatische loonindexering is een model dat zijn tijd duidelijk heeft gehad. Het huidige sociaal model waar nog steeds verder wordt op gebouwd dateert van de jaren '50 en heeft ongetwijfeld zijn waarde gehad. Nu is evenwel nood aan een nieuw model dat aan de huidige situatie is aangepast en waarborgen biedt inzake netto-koopkracht, einde loopbaan en pensionering. Dat kan best in samenspraak met de werknemersorganisaties. Maar dat er fundamenteel dient ingegrepen, is zonneklaar. Tot voor enkele jaren kon in Nederland alles. Intussen legde de centrale overheid er bijzonder zware bezuinigingen op en schrok men er niet voor terug op sociaal vlak in te grijpen. Net zoals in Duitsland, dat met een travaillistische regering notabene, dieper in de uitgaven snoeide dan ooit in België het geval is geweest," besluit Karel Van Eetvelt.