Tunesië zet volop in op economische transitie

06/04/2016 OM 10:38 - Luc Willemijns
Cb55729e9805e869c427cc4addb70fa7
Tunesië promoten is op dit ogenblik niet makkelijk. Na de Jasmijnrevolutie in 2011 en terroristische aanslagen op onder meer het Bardo-museum en het strand in Sousse, liep het aantal toeristen vorige zomer terug van 7 tot 4 miljoen. In 2011 noteerde het land een daling van de directe buitenlandse investeringen met 25%. Sindsdien tekent het herstel zich af. Het aantal investeringsprojecten ligt opnieuw op dezelfde hoogte als in 2010, maar het gemiddeld investeringsbedrag ligt lager dan voorheen. Mokhtar Chouari, directeur van het Tunesische FIPA (Foreign Investment Promotion Agency) in Brussel, verwacht heil van de nieuwe investeringscode die de bredere toepassing van publiek/private partnerships mogelijk maakt alsook van het nieuwe, aangepaste juridisch kader op het vlak van hernieuwbare energieprojecten. De nieuwe investeringscode biedt buitenlandse investeerders bovendien een transparant kader met het oog op een eventuele geschillenregeling.

Mokhtar Chouari erkent dat het promoten van Tunesië bij buitenlandse investeerders “iets complexer is geworden, maar zeker niet onmogelijk. De economische fundamenten van Tunesië staan immers nog steeds overeind,” zo luidt het.

In 2004 handhaafde het niveau van de directe buitenlandse investeringen in Tunesië zich op hetzelfde peil als in 2013 (- 0,56%). In totaal ging het om 373 investeringsprojecten, zowel nieuwe (168) als uitbreidingstrajecten (205) met een totale waarde van 1,8 miljard TND (802 miljoen euro) voor 9.949 nieuwe jobs. Belgische bedrijven zetten toen tien nieuwe investeringsprojecten op voor een totaalbedrag van 1 miljoen TND (444.000 euro), goed voor 301 nieuwe banen.

In datzelfde jaar maakten Belgische ondernemingen 2,48 miljoen TND (1,1 miljoen euro) vrij in het kader van drie uitbreidingsinvesteringen, waarbij 75 nieuwe jobs werden geschapen. Voor de directeur van FIPA-Brussels bewijst dat dat buitenlandse ondernemingen, actief in het Noord-Afrikaanse land, Tunesië trouw blijven.

Meer vrijheid voor (buitenlands) privaat initiatief

Mokhtar Chouari: “Tunesië had altijd al een eenvoudig en aantrekkelijk kader. Dat is thans in volle evolutie en herstructurering waarbij belangrijke hervormingen op til staan. Voornaamste doelstelling is het creëren van een kader waarbinnen private initiatieven, zowel van Tunesische als buitenlandse origine, zich makkelijker kunnen ontplooien. Bedoeling is de administratieve belemmeringen weg te vlakken”.

De nieuwe investeringscode, die intussen gedurende twee jaar de consultatierondes heeft doorlopen, wordt mogelijk later deze maand door het parlement goedgekeurd. Belangrijk onderdeel van de nieuwe code wordt de in november 2014 goedgekeurde wet op de publiek/private partnerships.

“Voorheen bleven publiek/private partnerships in Tunesië beperkt tot een aantal individueel toegekende concessies, voornamelijk op infrastructuurvlak. Zo werd de nieuwe luchthaven van Efidha in PPS met een Turkse onderneming gebouwd. Dankzij een globaal kader worden publiek/private partnerships binnen de nieuwe investeringscode breed toepasbaar in eender welk domein (infrastructuur, gezondheidszorg, sport, …)”, aldus de directeur van FIPA-Brussels.

De nieuwe investeringscode, die de bestaande van 1993 vervangt, past de regelgeving aan in functie van de gewijzigde marktomgeving (lees: de concurrentie van o.m. Turkije, Marokko, Maleisië, Latijns-Amerikaanse landen, …, nvdr.), de behoeften van de buitenlandse ondernemingen en de economische prioriteiten van de Tunesische regering.

Ook nieuw is de aanpassing van het juridisch kader die buitenlandse investeerders toegang verschaft tot de sector van de hernieuwbare energie.

“De nieuwe investeringscode breekt met het verleden. Buitenlandse ondernemingen hadden onder het oude stelsel weliswaar investeringvrijheid, maar werden niettemin geconfronteerd met een behoorlijk gestoffeerde lijst uitzonderingen. Bij de nieuwe code wordt het net andersom. De uitzonderingen zullen bovendien op heel transparante wijze worden gecommuniceerd,” zo nog onze gesprekspartner.

Niet onbelangrijk voor buitenlandse investeerders is dat in de nieuwe code thans een hoofdstuk is opgenomen met betrekking tot de geschillenregeling.

“Markttoegang, Arbitrage en Investeringssteun” vormen de drie belangrijke hoofdstukken in de nieuwe investeringscode,” benadrukt Chouari.

Verdere aanmoediging buitenlandse investeringen vereist

De toename van buitenlandse investeringen in Tunesië blijft momenteel beneden de verwachtingen van de Tunesische overheid, geeft onze gesprekspartner eerlijk toe. Zeker afgewogen ten opzichte van het hooggekwalificeerd menselijk potentieel.

Jaarlijks studeren in Tunesië het grootste aantal ingenieurs af in het hele zuidelijke Middellandse Zeebekken. Idem dito wat het jaarlijks aantal afgestudeerden in het hoger technisch onderwijs betreft.

De textielsector in Tunesië, die de eerste generatie buitenlandse investeerders wist aan te trekken, heeft intussen de maturiteitsfase bereikt. Op textielvlak spitst het land zich inmiddels toe op activiteiten met hogere toegevoegde waarde. Datzelfde geldt eveneens voor de automotive-sector. Tunesië ontwikkelde doorheen de jaren bijzondere expertise op het vlak van de productie van auto-onderdelen.

“Op vlak van auto-onderdelen is Tunesië de eerste industriële uitvoerder naar Noord-Europa in het zuidelijke Middellandse Zeebekken. Voornaamste afnemers zijn, in volgorde van belang, Duitsland, Italië, Frankrijk en Spanje,” weet de directeur van FIPA-Brussels.

Dertig procent van de universiteitsstudenten in Tunesië volgt een of andere ICT-opleiding. De ICT-technopool in El Gazala, die in de jaren ’90 werd opgezet, is inmiddels aan zijn derde uitbreiding toe. Ook op ICT-vlak is Tunesië duidelijk opgeschoven in de waardenketen. De initiële call-center- en voice outsourcing-activiteiten ruimden intussen het veld voor data-outsourcing en R&D.

Voorts is Tunesië erg bedrijvig wat de aanmaak van luchtvaartcomponenten betreft, met een daartoe specifiek ingericht technologiepark. In het land zijn inmiddels een zestigtal Tunesische, Europese en Amerikaanse bedrijven binnen die sector actief.

“Naast de verdere uitbouw van voornoemde sectoren, is het Tunesië met de nieuwe investeringscode erom te doen een aantal nieuwe activiteitenterreinen aan te boren, met name op het stuk van de hernieuwbare energie, de agro-voeding en de dienstensector,” onthult Chouari.

Economie in transitie

Voor de directeur van FIPA-Brussels verkeert de Tunesische economie in volle transitiefase.

“De jeugdwerkloosheid en de dictatuur lagen aan de oorsprong van de Jasmijnrevolutie. Het dictatoriaal regime werd intussen verdreven. Gereputeerde internationale magazines bestempelen Tunesië als de eerste democratie in de Arabische wereld. De werkloosheid blijft momenteel een groot probleem, maar makkelijker dragen omwille van het recht op meningsuiting. Het economisch beleid van de Tunesische overheid focust sterk op jobcreatie. De politieke transitie is met succes afgerond. De echte werven nu spitsen zich toe op de economische transitie. Die moet helpen de verzuchtingen van de Tunesische bevolking (lees: werkgelegenheid, nvdr.) in te vullen. De eerste positieve indicatoren zijn inmiddels zichtbaar. Tegen 2020 moeten we de eerste vruchten van de economische transitie kunnen plukken,” besluit Mokhtar Chouari.

Voor u geselecteerd

Kort de voordelen van een abonnement...

Belangrijk nieuws te delen?

Cookie voorkeuren

Deze website gebruikt cookies om je een betere bezoekerservaring te bieden. Bepaal hier welke soort cookies je toestaat.