De grote financiële crisis tien jaar na dato

30/08/2017 OM 08:46 - Wim Heirbaut
Dbf9863935bdcd776d3a2dfcca8f84d1
Het is alweer tien jaar geleden dat de financiële crisis losbarstte. In een Markets Report laat Joe Le Jéhan, fondsbeheerder bij Schroders, de impact ervan zien aan de hand van een aantal grafieken.

Tien jaar geleden begon de financiële crisis met het ineenstorten van de Amerikaanse huizenmarkt. Dit veroorzaakte de diepste recessie sinds 1929 en bracht het financiële systeem aan de rand van de afgrond. Nog altijd voelen we de gevolgen ervan in lage groei, politieke onrust en Brexit. Zelfs de verkiezing van Trump is terug te voeren naar deze crisis.

Het begon met de Amerikaanse subprime-leningen, een stijgend aantal wanbetalingen legde de problematiek bloot. De huizenmarkt stond onder druk en de banken wantrouwden elkaar. Niemand wist wie slechte schulden op de balans had, waardoor de banken elkaar niet meer wilden lenen. Op 9 augustus 2007 doemde het gevaar van een systeemrisico levensgroot op.

VIX, van piek tot dal

De volatiliteitsindex VIX, een goede angstgraadmeter, schoot omhoog. Medio 2007 noteerde deze al een hoge stand en begin 2010 bereikte die een piek. Dankzij ingrepen van overheden en centrale banken daalde de VIX. Het vertrouwen onder beleggers groeide weer en de angstgraadmeter staat nu op een historisch laag niveau. Het is een indicatie dat beleggers geen gevaren aan de horizon zien, die veel volatiliteit kunnen veroorzaken.

Obligatierente onder druk

Een van de meest opvallende gevolgen van de crisis is wel de langdurige en gestage daling van de obligatierente. De centrale banken zagen de noodzaak om de leenkosten te verlagen, zij verlaagden daarop de rente en begonnen met kwantitatieve verruiming. Dit drukte de obligatierente, obligatiekoersen beïnvloedden de leenkosten. Maar jaren na de renteverlagingen bleven de obligatierentes dalen, in zo’n extreme mate dat Japans en Duits staatspapier zelfs negatief rendeerde in 2016.

Aandelenmarkten rechtgekrabbeld

Tijdens de donkerste dagen van de crisis verloren de Japanse en Europese aandelenbeurzen meer dan de helft van hun waarde. De neveneffecten van het monetaire beleid zorgden voor een opleving van de aandelenmarkten. Amerikaanse aandelen zijn meer dan 260% gestegen sinds het dieptepunt van de crisis in 2009. Het Verenigd Koninkrijk, Europa en Azië zagen een herstel van meer dan 150%. De lage rente stelde de bedrijven in staat om hun balans te herstructureren tegen lagere kosten. Sinds de crisis hebben de aandelenmarkten behoorlijke rendementen opgeleverd. Zelfs iemand die de crisis heeft uitgezeten, zou nu een gezond rendement hebben behaald met zijn beleggingen.

Averij in bankensector

Sectoren zoals gezondheidszorg en consumentengoederen hebben het meeste gerendeerd. Sinds 2007 geven beleggers de voorkeur aan aandelen in goederen en diensten. Materialen en energie behoren tot de drie slechtst presterende sectoren. Het is weinig verrassend dat de bankensector, die zich in het oog van de storm bevond, het slechtste rendement behaalde. Een belegger die 1.000 dollar in de bankensector had gestoken, zou nu op 389 dollar verlies staan.

Intussen hebben banken hun bedrijfsvoering op de schop genomen. Tijd om de sector opnieuw te evalueren. De price-to-book-value laat zien dat beleggers met name Europese, Britse en Japanse banken lager waarderen dan de activa op hun balans, bijna de helft lager dan de waardering in 2007.

En de waardering van aandelen?

Schroders kijkt ook naar de aandelenwaarderingen en hanteert vier methoden. Als de huidige waardering wordt afgezet tegen het tienjarig gemiddelde, dan noteert healthcare momenteel aan de top en banken onderaan de lijst. Met alle vier waarderingsmethoden blijkt healthcare relatief duur gewaardeerd te worden. Banken lijken ook aan de dure kant en betalen momenteel minder dividend uit dan gemiddeld.

Kapitaalbescherming werkt nu anders

Joe Le Jéhan, fondsbeheerder bij Schroders, merkt nog op dat kapitaalbescherming aan het einde van elke cyclus van belang is. Maar deze cyclus is anders dan alle andere, waardoor ook de portefeuillebescherming anders is. Staatsobligaties worden traditioneel gezien als een veilige haven, maar bieden nu niet dezelfde bescherming. Daarom is het van belang om naar andere activa te kijken die relatief laag gewaardeerd worden en/of de potentie hebben om bescherming te bieden in stormachtige tijden. Concreet wijst hij op cash, selectieve hedge-fondsen en goud.

De volledige tekst leest u in The global financial crisis 10 years on: six charts that tell the story, met een bijdrage van Joe Le Jéhan, fondsbeheerder bij Schroders.

Voor u geselecteerd

Kort de voordelen van een abonnement...

Belangrijk nieuws te delen?

Cookie voorkeuren

Deze website gebruikt cookies om je een betere bezoekerservaring te bieden. Bepaal hier welke soort cookies je toestaat.