Frankrijk: En avant, marche! (1)

19/12/2017 OM 08:45 - Luc Willemijns
5a9520699544f83416c4e22fed3f9626
Dat Frankrijk als een tweede thuis voelt voor veel Vlaamse ondernemers, is zacht uitgedrukt. Zo schopte L’Hexagone het in 2016 nog tot onze op één na grootste handelspartner. Met het aantreden van kersvers president Emmanuel Macron waait er bovendien een vernieuwende wind door de Franse politiek en zakenwereld. Hoe u er als Vlaamse exporteur anno 2017 het verschil maakt, leest u onderstaand.

De economische vooruitzichten voor Frankrijk zijn voorzichtig positief, al blijft het afwachten of de Franse politiek de prognoses ook effectief kan verzilveren. Niet alleen ziet de werkgelegenheid in de lift, ook de koopkracht van de Franse gezinnen ging de afgelopen maanden licht omhoog. Zo ziet het ernaar uit dat het land zijn economische doelstellingen voor dit jaar zal halen. Concreet gaat het dan onder meer over een bescheiden groei van 1,6% en een begrotingstekort onder de 3% van het BBP.

Enkele maatregelen van de vorige Franse president, François Hollande, zitten daar zeker voor iets tussen. Zo heeft de invoer van belastingskredieten voor innovatie en onderzoek onder andere bijgedragen tot een bloeiende start-up sector in Parijs. De oprichting van de Banque Publique d’Investissement betekende evenzeer een extra duw in de rug voor het Franse bedrijfsleven.

Daarbij komt dat de Fransen er een relatief hoger bestedingspatroon op nahouden dan in de omringende landen. Zelfs in tijden van crisis. Dat komt omdat ze anders omgaan met hun opgebouwde vermogen. Belgen, bijvoorbeeld, gebruiken hun zuurverdiende centen eerder voor de aankoop van een huis of om een pensioenspaarpotje aan te leggen. De Fransen zetten hun kapitaal doorgaans voor minder lange tijd vast.

Wel is enige voorzichtigheid geboden. Dat de Franse koopkracht in 2015 en 2016 omhoog is gegaan, kwam vooral door de dalende petroleumprijzen. In 2017 is dat minder van toepassing door de stijgende inflatie in de energiesector. Verder surft Frankrijk zeker en vast mee op de wereldwijde groeigolf, maar de economische activiteit ligt er gemiddeld iets lager dan in de rest van de eurozone.

Economisch weefsel verder versterken

Emmanuel Macron mikt voornamelijk op meer ademruimte voor investeerders en ondernemers. Er werden al belangrijke knopen doorgehakt om de arbeidswetgeving te versoepelen, maar ook om sociaal overleg op bedrijfsniveau mogelijk te maken. Los van wat er op sectorniveau wordt onderhandeld, kunnen individuele bedrijven en hun medewerkers nu ook onderling afspraken vastleggen over arbeidsvoorwaarden, werktijden enzovoort.

Daarnaast werd de vermogensbelasting - de “impôt sur la solidarité sur la fortune” - al door een immobiliëntaks vervangen. Bedoeling is om de grootste vermogens van Frankrijk aan te moedigen meer te investeren en zo de economie verder aan te zwengelen. Tot slot zitten nog hervormingen van het onderwijs en de sociale zekerheid in de pijplijn. Al is het startschot voor die onderhandelingen nog maar pas gegeven.

Goed draaiende branches

Een aantal traditionele sectoren raken intussen uit het slop van de crisis. Zo zetten bedrijven opnieuw sterke resultaten neer in de voedingsindustrie. De grootdistributie covert om en bij de 65% van die markt. Maar ook in de kleinhandel neemt het potentieel toe. Het aantal buurtwinkels en superettes is bijvoorbeeld aan een opmars bezig en de Fransen geven almaar meer uit aan producten die de kaart van gezonde, eerlijke en biologische voeding trekken.

Daarnaast is en blijft Frankrijk, ondanks de crisis in de graan- en melksector van de voorbije jaren, de grootste landbouwnatie van Europa. In de Franse bouw- en bouwmaterialensector is vorig jaar het tij gekeerd. De orderboeken zijn opnieuw goed gevuld. Verwacht wordt dat deze stijgende trend zich zal voortzetten in zowel de ruwbouw als de afbouw. Andere traditionele sectoren die het voortreffelijk doen, zijn de Franse chemische en farmaceutische industrie: die tekenden vorig jaar een opmerkelijke stijging op.

Verder investeert Frankrijk ook naar hartenlust in innovatieve sectoren zoals smart cities, fintech en e-health. Maatschappelijke uitdagingen zoals de vergrijzing leiden bijvoorbeeld tot heel wat R&D-investeringen. De Franse regering trekt een pak extra financiële middelen uit om de oudere bevolking zo lang mogelijk in alle comfort thuis te laten wonen. Dat brengt een dynamiek op gang in tal van branches: van toerisme, transport en woningbouw tot gezondheidszorg, voeding, digitale dienstverlening enzovoort. Stuk voor stuk domeinen waarin ook Vlaanderen innovatief uit de hoek komt. Dat raakvlak vormt een mooie uitvalsbasis voor grensoverschrijdende samenwerkingen.

Kansen in kaart gebracht

De Franse markt is sterk gecentraliseerd. Niettemin leggen de verschillende regio’s van het land hun eigen economische klemtonen.

Op het eerste gezicht lijkt Frankrijk een thuismatch voor Vlaamse bedrijven. Maar wie zijn huiswerk niet tot in de puntjes voorbereidt, komt vroeg of laat voor verrrassingen te staan.

Op het vlak van distributie en transport schatten bedrijven de uitgestrektheid van Frankrijk soms verkeerd in. En in de voedingssector, bijvoorbeeld, zijn Vlaamse exporteurs zich niet altijd even bewust van de regionale verschillen in smaken en gebruiken. Kortom, het volstaat niet om je bestaande business- en distributiemodel te copy-pasten naar de Franse markt. Breng het aanbod van de lokale spelers nauwgezet in kaart en bestudeer vervolgens hoe je met jouw aanbod iets nieuws kan bieden.

Gelukkig is het noorden van het land de uitgelezen leerschool voor Vlaamse ondernemers die hun eerste stappen op de Franse markt zetten. Er wonen ongeveer 6 miljoen mensen, net zoals in Vlaanderen. Naast die vergelijkbare omvang is ook de nabijheid van de Noord-Franse markt een grote troef voor kandidaat-exporteurs. En dat terwijl de prijzen er doorgaans hoger liggen.

Verder is de Noord-Franse business-mentaliteit te vergelijken met de Vlaamse: een tikkeltje pragmatischer. Daardoor heerst er een onderhuidse sympathie voor “les petits Belges”. Het hoeft dan ook niet te verbazen dat ongeveer een vijfde van alle Vlaamse export naar Frankrijk uitmondt in het noordelijke Hauts-de-France. Dat er ook nog eens economische raakvlakken zijn tussen beide regio’s, doet daar een schepje bovenop. Sectoren als life sciences en biotechnologie staan bijvoorbeeld stevig in hun schoenen in Noord-Frankrijk.

Zodra je de Noord-Franse markt hebt verkend, kan je je pijlen richten op de regio rond de hoofdstad. Voor hoogwaardige producten - een segment waarin nogal wat Vlaamse exporteurs zich bevinden - is Île de France de aangewezen afzetmarkt. De koopkracht ligt er zo’n 20% hoger dan het nationale gemiddelde en 70% boven het Europese.

Dat neemt niet weg dat je je business ook in Noord-Frankrijk of andere regio’s gestaag kan uitbouwen met een high-end aanbod. De nationale koopkracht is immers vrij stabiel en Franse consumenten zijn doorgaans trouw. Alles staat of valt met een glasheldere positionering, een gedetailleerde marktstudie en een marketing-aanpak die op de Franse mentaliteit is afgestemd.

(Wordt vervolgd op onze portaal-site www.dvo.be)

(Bovenstaande bijdrage kwam tot stand in samenwerking met Flanders Investment & Trade)

Meer info: www.flanderstrade.be.

Voor u geselecteerd

Kort de voordelen van een abonnement...

Belangrijk nieuws te delen?

Cookie voorkeuren

Deze website gebruikt cookies om je een betere bezoekerservaring te bieden. Bepaal hier welke soort cookies je toestaat.