"Kempen terug op economische rails zetten in kwaliteitsvolle leefomgeving"

Jo Robrechts (Toekomstgroep Kempen) en Roel Verstraeten (Strategisch Plan Kempen)
"Kempen terug op economische rails zetten in kwaliteitsvolle leefomgeving"
Sinds begin deze eeuw sputtert de economische motor van de Antwerpse Kempen. Een en ander gaf aanleiding tot een strategische bezinningsoefening onder impuls van het Strategisch Plan Kempen. Onder het voorzitterschap van Jo Robrechts, indertijd eerste streekmanager, stippelde de Toekomstgroep Kempen een beleidsactieplan voor de regio uit. Opmerkelijk is dat deze Toekomstgroep niet alleen op een bijzonder breed regionaal draagvlak kan terugvallen, maar bovenop zelf een honderdtal concrete projectvoorstellen aandraagt. Het hele actieplan stelt de kwaliteit van het leven in de Antwerpse Kempen centraal. De Toekomstgroep reikt een aantal voorstellen aan, gebundeld rond vier krachtlijnen, die tegen 2015 25.000 nieuwe arbeidsplaatsen in de Kempen moeten creëren. Jo Robrechts, voorzitter Toekomstgroep Kempen, en huidig streekmanager Roel Verstraeten van het Strategisch Plan Kempen (SPK) lichten een tip van de sluier voor de lezers van "de Vlaamse Ondernemer"
In het voorjaar van 2004 lag de raad van bestuur van het Strategisch Plan Kempen aan de basis van de oprichting van een nieuwe denkgroep, intussen als Toekomstgroep Kempen bestempeld, die als opdracht kreeg een lange termijnvisie voor de regio te ontwikkelen met directe mogelijkheid tot implementatie voor de periode 2005-2015. "In wezen geldt het de derde regionale oefening, zij het dat die nooit zo diepgaand was als thans het geval is. Dat dergelijke oefeningen nut hebben, moge blijken uit het feit dat tussen 1987 en 2001 maar liefst 50.000 arbeidsplaatsen werden gecreeërd dankzij de aldus op gang gebrachte regionale dynamiek. Die dynamiek bleek eind vorig eeuw evenwel stilgevallen. De regio bevindt zich andermaal op een scharnierpunt in zijn geschiedenis. Vandaar dat de tijd rijp was voor een nieuwe strategische oefening en het uitwerken van een nieuwe regionale visie," verwoordt streekmanager Roel Verstraeten de omgevingscontext. Dat de sociaal-economische problematiek in de Antwerpse Kempen sinds het begin van het nieuwe millennium opnieuw heel acuut is geworden, wordt door geen van onze beide gesprekspartners ontkend. Stippen we terloops aan dat de Toekomstgroep uit twaalf personen werd samengesteld, die werden aangezocht omwille van hun expertise en hun betrokkenheid bij de regio. Zij zetten de eerste lijnen van het nieuwe actieplan uit, die in tweede instantie via themagroepen naar alle mogelijke regionale organisaties werden uitgebreid. "Maar liefst 125 mensen waren bij de werking van de themagroepen betrokken," aldus de streekmanager.
Regionale pijnpunten
Diepgaand onderzoek bracht alvast een aantal regionale pijnpunten aan het licht met betrekking tot de populatie, de welvaart, het welzijn en infrastructuur & overheid. Zo kampt de Kempen met een toenemende vergrijzing van de totnogtoe relatief jongere bevolking alsook met een achterstand inzake gemiddelde scholingsgraad. Ook het aandeel van de bedienden en de vrouwen in het arbeidsproces ligt lager dan het Vlaamse gemiddelde. Andere markante vaststellingen op bevolkingsvlak zijn een bevolkingsaangroei, die voornamelijk het gevolg is van de immigratie van Nederlanders, en een snellere daling van de gemiddelde gezinsgrootte dan in de rest van Vlaanderen.
Op welvaartsvlak stagneerde de sterk regionale groei in de Antwerpse Kempen rond de eeuwwisseling. Van een groei van het bruto-regionaal product met 3,8% viel men terug tot 0,3%. Aanleiding daartoe waren o.m. de dalende bedrijfsinvesteringen in sectoren met een hoge specialisatiegraad en de minder ontwikkelde tertiaire sector. Met een werkzaamheidsgraad van 60,4% blijven de Kempen bovendien onder het Vlaamse gemiddelde (64,0%). "Tussen 1997 en 2002 mag de officiële werkloosheid in de Kempen dan al van 10,4 tot 6,5% zijn gedaald, indien men die cijfers uitzuivert op de PWA'ers ligt de regionale werkloosheid 0,3% hoger dan in Vlaanderen," merkt Jo Robrechts op.
De aanwezigheid van een aantal grote industriële bedrijven (lees: Kraft Foods, Lu General Biscuits, McCain Foods, Mora, Janssen Pharmaceutica, Kaneka Belgium, BP Chembel, Van Roey, Van Hout, Willems Metaalconstructies, Duni, Joos, Carta Mundi, Umicore, Philips Innovative Applications, Iemants, Metall-Chimique, . nvdr.) heeft weliswaar tot een hoge specialisatiegraad geleid in sectoren als chemie, voeding, papier, metaal, bouw en hout. "Vraag is echter of al die sectoren ook echte groeisectoren zijn," oppert de voorzitter van de Toekomstgroep veelbetekenend. McKinsey haalde eerder aan dat sommige van die sectoren minst netto-jobs in Vlaanderen creëren. Een sector als de elektronische apparatuur, die wel als een toekomstsector kan worden omschreven, is bijzonder pover vertegenwoordigd in de Kempen, valt Roel Verstraeten bij.
In 1999 trokken de Kempen een significant deel van alle O&O-investeringen in Vlaanderen aan. De eerlijkheid gebiedt evenwel die vaststelling te corrigeren op de investeringen die in hoofdzaak door de farmasector (lees: Janssen Pharmaceutica, nvdr.) werden gedreven. In alle andere sectoren bleven de innovatiegerichte investeringen in de regio beneden het Vlaamse gemiddelde. Wat gezien de cruciale hefboom die innovatie voor het creëren van additionele werkgelegenheid niet meteen opbeurende vaststelling is. Temeer daar het werkgelegenheidsdodende spook van de delokalisatie boven de traditionele activiteitensectoren hangt.
Voorts kampen de Kempen met een tekort aan voorzieningen voor gezinszorg. De residentiële en transmurale ouderzorg is in de regio onvoldoende uitgebouwd, net als de rust- en verzorgingstehuisinfrastructuur, opperen onze beide gesprekspartners. Ondanks recente inspanningen blijven ook de mogelijkheden op cultureel vlak onvoldoende.
Wat het luik infrastructuur & overheid betreft, dreigen de Kempen hun groen en open karakter te verliezen. Na jaren van sterke groei in het begin van de jaren '90, liep ook het toerisme licht terug. Belangrijke geo-economische troef blijft weliswaar de centrale ligging. Jo Robrechts: "Uit het onderzoek blijkt dat we die troef in het verleden onvoldoende hebben gerendabiliseerd. Zeker op logistiek vlak hebben de Kempen aanzienlijke kansen laten liggen". Met uitzondering uiteraard van het Economisch Netwerk Albertkanaal dat, met een werkgelegenheidsgebied van 200.000 eenheden, de op één na belangrijkste economische as van Vlaanderen is. "Het gebrek aan een voldoende ontwikkelde Noord-Zuid-as die de Kempen met Brabant en de Nederlandse stedenrij verbindt, heeft de groei van de regio afgeremd," zo nog Robrechts.
Bovendien kampen de Kempen met een nijpend tekort aan beschikbare industrieterreinen. De 232 bedrijfsterreinen in de regio zijn quasi allemaal volkomen volzet. Tussen nu en 2015 heeft de streek nood aan 850 bijkomende hectaren industrieterreinen, waarvan onmiddellijk 1/3 beschikbaar zou moeten zijn. "Het gebrek aan bedrijfsterreinen herleidt de Kempen tot een niemandsland voor nieuwe potentiële investeerders," zo nog de voorzitter van de Toekomstgroep. Andere minpunten hebben dan weer te maken met de vestigingskosten, die aanzienlijk hoger liggen dan in Limburg, met grond- en huurprijzen die respectievelijk 50% en 25% duurder zijn, een probleem van interne mobiliteit met een netto-pendelsaldo van 14.000 personen en een afbrokkelende financiële draagkracht op gemeentelijk vlak.
Vier sleuteluitdagingen
Tegen de achtergrond van de komst van een snel opeenvolgende golf van technologische doorbraken (genoomproject, microscopering van de technologie, nanotechnologie, nieuwe chip-toepassingen in een echt genetwerkte samenleving, alternatieve energiebronnen) en mundiale veranderingen (waarbij de oude wereldwijde systemen kraken, egalere waardenpatronen ontstaan en het wereldbeeld zich aanpast), adviseert de Toekomstgroep Kempen een regionale ontwikkeling op gang te brengen, geënt rond vier assen, met name die van de innovatie, de duurzaamheid, de aantrekkelijkheid en de zorgzaamheid. "Centraal thema bij dat alles wordt de kwaliteit van het leven," verduidelijkt de voorzitter van de Toekomstgroep. "Kempense bedrijven moeten zich focussen op het creëren van extra-toegevoegde waarde en het uitbouwen van een bedrijfsactiviteit op basis van producten en/of diensten die voor hun doelgroep een verbeterde levenskwaliteit binnen bereik brengen. Alles wat in deze streek economisch wordt ondernomen, moet in het teken staan van dezelfde regionale missie, met name het verhogen van de kwaliteit van het leven," luidt het. Mogelijke voorbeelden daarvan zijn voedingsbedrijven die zich toespitsen op de ontwikkeling van functionele voeding, bouwbedrijven die zich ten volle concentreren op het duurzaam bouwen op verlichtingsproducenten die voluit gaan voor een kwaliteitsvolle aanwending van de lichtfactor.
Alle inspanningen ter ondersteuning van die regionale toekomstvisie dienen, aldus onze beide gesprekspartners, rond vier krachtlijnen gestructureerd: Innovatie (door het verhogen van het innovatief vermogen en het stimuleren van het entrepreneurship hoogwaardig werk waarborgen), Ruimte (die uitgebalanceerd wordt aangewend), Zorg (versnelde uitbouw van de zorgsector) en Aantrekkingskracht (waarbij de aantrekkelijkheid van de leefomgeving wordt geoptimaliseerd).
Opvallend is dat de Toekomstgroep er niet voor terugdeinst een en ander in kwantitatieve doelstellingen te gieten. We lichten er de meest opvallende uit: 50% meer aanvragen van KMO-patenten tussen 2006 en 2015 dan in de voorbije tien jaar, een productiviteitsgroei van 1,75% op jaarbasis, een achterstand van 0,2% universitaire diploma's ophalen, een voorsprong van 0,4% hogeschooldiploma's vrijwaren, 840 hectaren bijkomende industrieterreinen, 82% onbebouwde zone in de regio vergrendelen (83,4% vandaag, nvdr.), een regionale tevredenheidsscore die 10% hoger ligt dan in Vlaanderen, een basiszorgverlening van 95% neerzetten en 90% ouderen- en chronische zorg realiseren. Maar de grootste uitdaging ligt ongetwijfeld in de creatie van maar liefst 25.000 nieuwe arbeidsplaatsen in de Antwerpse Kempen, die vandaag de dag 165.000 werknemers en zelfstandigen tellen. Dit houdt in dat men er vanuit gaat dat tussen 2006 en 2015 maar liefst 13.000 jobs in de regio zullen teloorgaan in de secundaire sector. Ook een reducering van de netto-pendel met één derde tot 4.500 personen behoort tot de doelstellingen.
Voor elke krachtlijn worden op conservatieve wijze jobcreatiedoelstellingen neergelegd, blijkt uit de uiteenzetting van Jo Robrechts. Innovatie (7.000), Ruimte (7.000), Aantrekkingskracht (4.000) en Zorg (7.000) moeten gezamenlijk voor 25.000 nieuwe arbeidsplaatsen zorgen. "Belangrijk is evenwel dat binnen die context 840 hectaren aan nieuwe bedrijventerreinen worden gerealiseerd. Die alleen zouden conform een Vlaamse studie goed zijn voor 13.000 tot 20.000 nieuwe jobs," aldus de voorzitter van de Toekomstgroep om aan te tonen dat de geraamde jobcreatie heel conservatief werd ingeschat.
Honderdveertig concrete projectvoorstellen
Zonder de pretentie van exhaustief te willen zijn, reikt de Toekomstgroep maar liefst honderdveertig projecten aan waarrond dient gewerkt om de doelstellingen te realiseren. Bedoeling is rond de vier voornoemde krachtlijnen een stuurgroep te laten werken, waaruit één gemeenschappelijke aansturingscel wordt gedestilleerd die mogelijk rapporteert aan een nieuwe instantie als het RESOC (Regionaal en Sociaal Overlegcomité, nvdr.).
Projectvoorstellen rond Innovatie ((technologische) productinnovatie, procesinnovatie, marktinnovatie, sociale innovatie, financiële innovatie en business model-innovatie) hebben onder meer te maken met het sensibiliseren van KMO's per innovatiedomein omtrent de noodzaak van innovatie, het opstarten van een Kempens netwerk van "patent-werkers", de heroriëntatie van het PLATO-project met bijzondere aandacht voor innovatie tot verbetering van de kwaliteit van het leven, het stimuleren van Kempense KMO's tot deelname aan (nationale en internationale) business plan-competities, het uitwerken van een cluster innovatie-aanpak, een lange termijn-actieplan voor regionale kenniscentra, .
Rond de krachtlijn "Ruimte" denkt de Toekomstgroep o.a. aan projecten rond behoorlijk bestuur, zoals de lancering van een ARCORA (Arrondissementele Commissie Ruimtelijke Ordening), de jaarlijkse lancering van twee gemeentegrensoverschrijdende projecten, de gecoördineerde en snelle uitbouw van nieuwe, duurzame bedrijventerreinen, het opmaken van gedetailleerde behoeftenramingen inzake kantoorruimte, de geleidelijke herlokalisatie van ondernemingen die geen waterweg gebruiken naar waterintensieve bedrijven langsheen het kanaal Dessel-Schoten, het realiseren van de Noord-Zuid-as, de uitbreiding van het treinpersonenvervoer, het verder uitbouwen van terminals langsheen het Albertkanaal of nog het vrijwaren, waar mogelijk, van open ruimten.
Mogelijke projecten qua "Aantrekkingskracht" hebben betrekking op de ontwikkeling van drie Regionale Landschappen (Grenslandschap Taxandria, Vallei van de Grote Nete en de Kempense Heuvelrug/Vallei van de Kleine Nete), het aanstellen van een bovenstedelijk projectleider, het investeren in een kwalitatief fietsroutenetwerk, de ontwikkeling van een totaalconcept voor kwaliteitsvolle Kempense hoeve- en streekproducten, het creëren van een Kempens Overlegplatform Cultuur met eraan verbonden een coördinatiecel "Cultuur", . Projecten rond de krachtlijn "Zorg" refereren dan weer aan creatieve zorgvernieuwing, het verfijnen en uitbreiden van de geestelijke gezondheidszorg voor kinderen en jongeren in de thuisomgeving, het verhogen van de capaciteit voor residentiële en transmurale ouderzorg, het wegwerken van het tekort aan beddencapaciteit wat subacute en chronische zorg betreft of nog, het verbeteren van de kennis en competenties aangaande zorgpreventie.