Beurscomplex Kortrijk Xpo rondde zopas zijn masterplan af. Dat vergde een investering van zowat 12 miljoen euro. Andermaal bleek Busworld-organisator Luc Glorieux aan de basis van de uitbreidingsoperatie te liggen. Met een verzamelde tentoonstellingsoppervlakte van 40.000 m2 is Kortrijk Xpo in de voorbije jaren uitgegroeid tot het op twee na belangrijkste tentoonstellingscomplex in het land, na Brussels Expo (110.000 m2) en Flanders Expo (68.000 m2). Indien Busworld tegen het huidige tempo blijft groeien, kunnen zich over een zestal jaar mogelijk opnieuw plaatsproblemen voordoen, aldus algemeen directeur van Kortrijk Xpo, Saskia Soete De Boosere.

In 1967 nam de stad Kortrijk de beslissing tot de bouw van de toenmalige Hallen Kortrijk, langsheen de Doorniksesteenweg.

De uitbating werd aan Kortrijk Hallen C.V.B.A. toevertrouwd. Tussen 1967 en 1988, jaar waarin de voormalige Hal 4 werd gebouwd, investeerde de stedelijke overheid 7,25 miljoen euro in de stelselmatige uitbreiding van het beurscomplex.

Toen de stedelijke overheid paste voor verdere uitbreidinginvesteringen, nam de C.V.B.A. de rol van investeerder op.

Gevolg waren de bouw van twee bijkomende hallen (1991 en 1999) en een gedeelte van de rambla, goed voor een totaalinvestering van 17,6 miljoen euro.

De C.V.B.A. moest in 2007, ondanks een eerdere kapitaalsverhoging van 2,5 miljoen euro, echter zelf als investeerder afhaken toen succesmanifestatie Busworld andermaal met plaatsgebrek kampte en met delokalisatie dreigde.

Masterplan

Om Busworld in Kortrijk te behouden, namen stad en provincie de taak als investeerder op. Een en ander kreeg zijn beslag in het Masterplan Kortrijk Xpo.

Europa (lees: EFRO-fonds, nvdr.) en de provincie West-Vlaanderen brachten respectievelijk 4,3 en 2,75 miljoen euro in.

Vlaanderen paste nog eens 2 miljoen euro bij terwijl ook Leiedal 0,25 miljoen euro in het zakje deed.

De middelen die tegen 2012 dreigden verloren te gaan als gevolg van het verplicht afstoten door de provincies van hun aandelen in intercommunales, konden via de oprichting van XOM N.V. worden veilig gesteld.

Als volle dochter van het investeringsvehikel Stadsontwikkelingsbedrijf Kortrijk trad XOM N.V. als bouwheer op.

Het Masterplan omvatte in concreto de afbraak van inkomhal 3, de uitbreiding van Rambla Zuid, de bouw van een nieuw inkomgebouw en de galleria, de afbraak van zaal “Stoutenberg” en ombouw tot een nieuwe polyvalente hal, de uitbreiding van Rambla Noord en de afbraak van inkomhal 1 met aanpassing van de gevel.

Ook de omgeving werd verregaand heraangelegd.

“Het gekende glazen inkomgebouw aan de Doorniksesteenweg ruimde plaats voor een nieuw inkomgebouw met esplanade aan de Kennedylaan. Voortaan fungeert de Rambla, waartoe de nieuwe ingang toegang biedt, als centrale toegangsas tot alle hallen. Het nieuwe inkomgebouw biedt op de verdiepingen voorts plaats aan de organisatoren en de medewerkers van Kortrijk Xpo,” zo nog Soete De Boosere.

Functioneel de meest belangrijke ingreep is weliswaar de afbraak van de 720 m2 grote zaal “Stoutenberg”.

Die werd integraal afgebroken en vervangen door een ultramoderne en polyvalente zaal XXL, die meer dan 2.000 m2 oppervlakte biedt.

In de loop van het voorjaar wordt aan die accommodatie nog eens een uitschuifbare tribune met 500 zitplaatsen toegevoegd.

Buiten werd de tentoonstellingsruimte verder opgewaardeerd door de toepassing van slimme buitenplateaus.

Hefboomeffect vrijwaren

Voor Patrick d’Heygere, voorzitter van Kortrijk Xpo, was de aanleiding tot het Masterplan dubbel.

“Enerzijds moesten grote beursorganisatoren worden gefideliseerd, anderzijds diende het economisch regionaal hefboomeffect gevrijwaard,” zo luidt het.

Uit studiewerk blijkt dat Kortrijk Expo jaarlijks voor ruim 126 miljoen euro aan bestedingen zorgt.

Dat cijfer wordt verdeeld over organisatoren (21%), bezoekers (24%) en exposanten (55%).

“Van dat bedrag vindt 42%, hetzij meer dan 53 miljoen euro, een bestemming binnen een straal van 40 kilometer rond het beurscomplex,” besluit Saskia Soete De Boosere.