Als de luchtmachtbasis in Koksijde op zijn vroegst in 2023 naar Oostende vertrekt, komt er uiteraard een grote runway ter beschikking waar drones met grote spanwijdte voor inspecties boven de Noordzee zouden kunnen opstijgen. Maar andere dossiers kondigen zich aan die qua realisatie urgenter zijn.

Zo vertrouwden de Belgische en Nederlandse marine, in een Europese aanbesteding, vorig jaar een mega-contract ter waarde van ruim 2 miljard euro voor de bouw en het onderhoud van twaalf nieuwe mijnbestrijdingsvaartuigen met modulair inzetbare drones toe aan Naval Group/ECA Robotics. De mijnenvegers, die tegen 2023 het einde van hun levensduur bereiken, krijgen tegen dan de steun van onbemande systemen (lees: drones, nvdr.) om op, boven en onder het wateroppervlak mijnen te detecteren en te vernietigen. De Belgische marine hoopt de eerste zes mijnbestrijdingsvaartuigen met modulair inzetbare drones in 2023 in gebruikt te nemen, de Nederlandse een jaar later.

De Franse Naval Group richtte in het licht van hogervermeld contract een Belgische dochter op, met name ECA Robotics Belgium, dat alle activiteiten zal leiden en coördineren aangaande de onbemande systemen die door de mijnenjagers zullen worden gebruikt. Zeebrugge is niet de enige kandidaat om de drone-fabriek van ECA Robotics binnen te halen. MBZ stelde alvast een terrein van 5.000 m² voor gelegen in de achterhaven, aan het Boudewijnkanaal, als mogelijke vestigingsplaats.

Voor de verdere ontwikkeling van DroonHaavn is het hele dossier van levensbelang. Niet toevallig hoopt het competentiecentrum snel een tweede vestiging in gebruik te nemen voor het huisvesten van ingenieursteams die, al dan niet in nauwe samenwerking met ECA Robotics, drones kunnen testen, onderhouden, herstellen en nieuwe toepassingen kunnen ontwikkelen. ECA Robotics Belgium zou in de loop van volgend jaar met de assemblage van drones van start gaan.