De mate van stijging van de gemiddelde loonkost per gewerkt uur ligt in lijn met de loonindexering van 2023, voor die sectoren die in januari indexeren. Veel sectoren en bedrijven kenden in 2023 ook een koopkrachtpremie toe en bovendien werd de fietsvergoeding vorig jaar opgetrokken.

Bedrijven in Brussel betaalden in 2023 gemiddeld 31,45 euro per gewerkt uur, een stijging met 9%. In Vlaanderen stegen de kosten naar 29,10 euro (+8,3%) en in Wallonië naar 25 euro (+9,7%).

Sectoren met de hoogste loonkosten bij bedienden:

1. PC 209 (metaal-, machine- en elektrische bouw): 45,31 euro
2. PC 207 (scheikundige nijverheid): 44,53 euro
3. PC 226 (internationale handel, vervoer en logistiek): 42,04 euro
4. PC 220 (voedingsnijverheid): 41,17 euro

Bij arbeiders hebben de volgende paritaire comités de hoogste loonkosten:

1. PC 116 (scheikundige nijverheid): 35,97 euro
2. PC 142 (terugwinning van grondstoffen): 30,86 euro
3. PC 120 (textiel): 30,74 euro
4. PC 111 (metaal): 29,68 euro
5. PC 130 (drukkerijen): 29,45 euro

Sectoren met de laagste loonkosten

Bij bedienden:

1. PC 201 (zelfstandige kleinhandel): 21,40 euro
2. PC 202 (bedienden kleinhandel voedingswaren): 22,54 euro
3. PC 333 (toeristische attracties): 22,60 euro
4. PC 227 (audiovisuele sector): 27,64 euro

Bij arbeiders:

1. PC 144 (landbouw): 17,85 euro
2. PC 145 (tuinbouw): 20,34 euro
3. PC 100 (aanvullend nationaal paritair comité voor de arbeiders): 22,50 euro
4. PC 119 (handel in voedingswaren): 23,07 euro
5. PC 140 (autobus- en autocarondernemingen): 23,70 euro

Uit eerder onderzoek van Securex bleek dat 24,9% van de verschillen in loonkosten verklaard kunnen worden door factoren waar werkgevers invloed op hebben. Dit omvat contracttypes, mate van absenteïsme, verloop of contractbreuk.