Het heeft wat voeten in de aarde gehad, maar de River Terminal Roeselare staat nu definitief in de startblokken. De bouw startte in 2020 in het raam van het kaaimurenprogramma van De Vlaamse Waterweg. De kaaimuur van 230 meter lang en het aanpalend plateau van 1,8 hectare zijn al langer afgewerkt maar een eerdere aanbestedingsprocedure sprong om onvoorziene redenen af.

Met Transferium heeft de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij West-Vlaanderen een exploitant gevonden die het klappen van de logistieke zweep en van het vervoer over de waterweg kent. De POM blijft “erfpachthouder” van de terminal via dochtermaatschappij RTW N.V., die ook de River Terminal Wielsbeke in handen heeft, en financierde 20% van de investering van 6,5 miljoen euro.

Transferium

Transferium, dat zijn roots in Roeselare heeft, koestert stevige ambities voor zijn nieuwe vestiging. Bedoeling is om er een draaischijf van te maken voor bulk- en palletgoederen. Voor de behandeling van de schepen kan Transferium een beroep doen op een eigen kranenpark, dat deels al in Roeselare wordt ingezet bij vaste klanten als Zoutman. Voor die klanten laadt en lost de goederenbehandelaar jaarlijks om en bij een kwart miljoen ton.

Een deel van het kaaiplateau zal voor overdekte opslag gebruik kunnen worden. Ook in boxen voor bulk is voorzien. Transferium nam bovendien een optie op een aanpalend, niet-watergebonden perceel van 9.000 m². De opzet is daar op termijn een logistiek magazijn neer te poten. De investeringen zouden dan oplopen tot om en bij 10 miljoen euro.

Zaakvoerder Nicola Samyn stak 21 jaar geleden van wal met overslag in Brussel “met één kraan” en maakte in 2016 een grote groeisprong met zijn 7 hectaren grote terminal aan de hoek van het Kluizendok en zeekanaal in Gent, waar heel wat bulk (cement, bouwmaterialen, grond, biomassa,…) passeert. Daar behandelt Transferium op jaarbasis al 600.000 ton, waarvan 200.000 ton via zeevaart en 400.000 ton via binnenvaart. In Brussel gaat het om 120.000 ton.

“Dat succes willen we hier overdoen door bedrijven een logistieke meerwaarde via het water te bieden”, stelt Samyn. Met verschillende potentiële klanten zijn gesprekken aan de gang.

Multi Logistics Group

De plannen van Transferium worden voortaan ondersteund door Multi Logistics Group, de logistieke divisie van Hasco Invest, de Limburgse familiale holding rond Francis Wanten. MLG nam begin dit jaar een participatie van 50% in Transferium. “De blauwe draad in ons verhaal is logistiek via het water te faciliteren. We kijken daarbij lokaal maar streven tevens naar een nationale én internationale reikwijdte. En we werken op de lange termijn”, vertelde Johannes Lagasse, ceo Multi Logistics Group.

MLG heeft intussen al 1,5 kilometer kaai en 50 ha terminaloppervlakte in portefeuille, verdeeld over acht sites. Die waren vorig jaar goed voor liefst 18 miljoen ton behandelde goederen, 45 miljoen omzet en een 250-tal medewerkers. Het zwaartepunt van dat netwerk ligt vandaag in Vlaanderen.

West-Vlaanderen was in dat netwerk nog een blinde vlek die met Roeselare deels ingevuld wordt. “We blijven in heel België uitkijken naar nieuwe participaties”, liet Lagasse optekenen.

Dynamische regio, drukbevaren kanaal

De River Terminal Roeselare ligt midden in “een hyperdynamische economische regio” en aan “één van de drukst bevaren waterlopen in West-Europa”, zo omschreef voorzitter Jean de Bethune van POM Oost-Vlaanderen de troeven van de installatie aan de Schaapsbrug over het kanaal Roeselare-Leie.

Veel bedrijven in de regio gebruiken de binnenvaart al intensief. De lengte van de vaarweg die Roeselare met de Leie verbindt, bedraagt misschien amper 17 kilometer, maar het kanaal ziet jaarlijks bijna 4,5 miljoen goederen passeren. Dat stemt overeen met zowat 40% van alles wat per binnenschip over de Leie-as beweegt. Met de nieuwe, “open access” terminal staat de deur nog wat wijder open om ladingstromen van de weg naar het water over te hevelen, in het bijzonder voor bedrijven die niet over een eigen kaai beschikken. Met deze terminal krijgen zij een duurzaam transportalternatief aangereikt, stelt de Bethune.

Een en ander past in het beleid van de provincie om de logistiek te verduurzamen. Met De Vlaamse Waterweg wordt in die context gekeken naar Diksmuide en Veurne, maar ook spoorprojecten passen in de multimodale ambities van de POM, zei de Bethune nog.

Werken in Ooigem

Omdat de opstart vertraging opliep, valt die nu samen met de geplande onderhoudsbeurt van de sluis in Ooigem, waar het kanaal aantakt op de Leie. De sluis gaat tijdens tussen eind juli en eind augustus voor een zestal weken dicht. In die periode kunnen geen schepen meer tot Roeselare opvaren, maar gehoopt wordt dat bedrijven in de aanloop naar die stremming van de scheepvaart de nieuwe terminal zullen gebruiken om er bufferstocks aan te leggen.

De werken in Ooigem passen op hun beurt in de opwaardering van het hele kanaal Roeselare-Leie als zijtak van de Seine/Schelde-verbinding naar Parijs. Die opwaardering omvat de renovatie van kaaimuren en oevers, de herbouw van bruggen, de verdieping van het kanaal en een verhoging van de sluiscapaciteit in Ooigem om binnenvaart mogelijk te maken met schepen met een laadvermogen tot 3.000 ton. Omwille van de huidige diepgangbeperking ligt de lat nu op 2.200 ton. De kosten voor die hele operatie kunnen oplopen tot 300 miljoen euro.