Rekening houdend met de groeiprognoses en de huidige investeringsprojecten die een toename van de grote liquid bulk carriers met zich brengen, stevent de Antwerpse haven af op een acuut probleem qua sluiscapaciteit op Rechteroever, aldus het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen en werkgeversorganisatie Alfaport Antwerpen. In 2020 bereiken de zeesluizen samen tussen 88,96% en 104,5% van de beschikbare, commerciële capaciteit. Extra capaciteit, in de vorm van een achtste sluis, is bijgevolg broodnodig om de bereikbaarheid van de Antwerpse haven ook in de toekomst te waarborgen, zo luidt het.

Bekend is dat de Scheldehaven zich in de voorbije jaren zware inspanningen getroostte om zijn nautische toegankelijkheid te optimaliseren. De Scheldeverdieping kwam geen dag te vroeg: alleen al dit jaar liepen 420 schepen met een lengte van 300 meter de Antwerpse haven aan.

In mei jongstleden werd haveninformatiesysteem APICS 2 gelanceerd. De nieuwe versie werd gebouwd om proactief plannings- en beslissingsprocessen te optimaliseren.

Momenteel wordt onderzocht of Antwerpen zich ook mag klaar maken voor de aanloop van de Triple E-klasse schepen van Maersk, met een lengte van 400 meter, een breedte van 59 meter en een capaciteit van 18.000 TEU.

Daarnaast zitten de werken voor de Deurganckdoksluis, de tweede sluis op de Linkerschelde-oever, goed op schema. Als alles volgens planning blijft verlopen, is de nieuwe sluis klaar om in 2016 in gebruik te worden genomen.

Op spoorvlak tonen de Antwerpse havenkringen zich voorstander van een efficiënte organisatie van verspreid vervoer. Verspreid vervoer is het vervoer waarbij wagons verspreid moeten worden opgehaald en gerangeerd, een activiteit die momenteel enkel door NMBS Logistics wordt uitgevoerd.
Essenscia, de koepelorganisatie van de chemie en de life sciences, meent dat een deel van de oplossing in een verdere liberalisering van het spoor ligt.