Per afvaart worden twee windturbines naar zee gebracht. Het gaat telkens om twee torens (87 meter), twee gondels (elk 400 ton) en zes wieken (75 meter). De torens worden verticaal getransporteerd. De wieken steken 26 meter uit aan stuurboordzijde en 13 met aan bakboordzijde. De gemiddelde doorlooptijd van één reis is ongeveer vier dagen.

In totaal worden 42 turbines in het Rentel-windpark geïnstalleerd. De bouw van het windpark ging in Haven Oostende half februari van start nadat de eerste onderdelen op de REBO offshore-windterminal aankwamen. Op 23 maart j.l. werd het zwaarste onderdeel van de Siemens 7 MW turbine, de gondels (20 meter lang, 9 meter breed, 7 meter diep, 400 ton), via ro/ro op de kade gelost. Intussen werden de drie verschillende torenelementen op elkaar gemonteerd tot een totale hoogte van 87 meter.