IPARC mikt op marktleiderschap collectiedienstverlening Vlaamse meesters

18/01/2019 OM 08:19 - Luc Willemijns
46b8b9a9c33490449e187458f6b37d18
(Leen Gysen: “Restauratie is niet zozeer een ambachtelijk gegeven, het is een wetenschappelijk beroep met veel aandacht voor onderzoek en chemie”)
UNIZO heeft IPARC C.V.B.A. (Kampenhout), voluit International Platform for Art Research and Conservation, kort voor de jaarwisseling uitgeroepen tot “KMO van het Jaar”. Dat heeft het jonge bedrijf onder meer te danken aan zijn one-stop-strategie binnen de erg versnipperde markt van de kunstrestauratie, waarbij alle specialisaties onder één dak worden verenigd. Managing partner Leen Gysen wil tegen 2030 uitgroeien tot de marktreferentie op vlak van collectiedienstverlening voor Vlaamse Meesters. De uitbouw van opslagactiviteiten en de lancering van een Smartcare-toepassing voor het monitoren van de omgeving van kunstobjecten moeten in de toekomst voor meer recurrente inkomsten zorgen binnen een business-model dat sterk projectgeöriënteerd is.

Peter Taeymans, Linda Temmink, Obrecht De Boer en David Lainé, echtgenoot van Leen Gysen, stonden eind 2011, samen met laatstgenoemde, in Melsbroek aan de wieg van IPARC C.V.B.A. Gysen, voormalig directeur Marketing & Communicatie bij Bozar, ging met de vennoten op zoek naar een breder model voor het verzorgen van restauratie-opdrachten. De restauratiemarkt is erg versnipperd. Veel eenmansbedrijven dragen binnen een bepaald project heel specifieke expertise aan. Dit op een ogenblik dat de markt evolueert in de richting van multidisciplinaire vragen. Kerkfabrieken, bijvoorbeeld, lanceren nog wel aanvragen voor de restauratie van één schilderij, maar in de praktijk gaat het steeds vaker om opdrachten die de restauratie van verschillende interieurstukken (beelden, schilderijen, kansels, …) tot doel hebben.

Het huurpand van 200 m², dat in Melsbroek zowel de kantoren als het atelier huisvestte, werd eind 2016 ingeruild voor een behuizing in de ambachtelijke zone ’t Sas te Kampenhout, waar IPARC onlangs een tweede KMO-unit in gebruik nam. Het bedrijf beschikt thans over 2.000 m² opslagruimte, een 700 m² groot atelier en kantoren.

IPARC wist zich omwille van zijn multidisciplinaire aanpak snel in het vizier van de opdrachtgevers van restauratie-opdrachten te werken. Vrij snel na de oprichting won de onderneming een belangrijke opdracht. De restauratie van drie monumentale altaren in de Onze-Lieve-Vrouwekerk van Aarschot zorgde voor een blitz-start.

Met 19 medewerkers boekte IPARC in 2018 een omzet van 1,1 miljoen euro.

Vier activiteitenpijlers

Restauratie & conservatie, die het DNA van IPARC uitmaken, zorgen voor de hoofdmoot (75%) van de inkomsten. Naast de uitvoering van restauratieprojecten doet de KMO ook aan vooronderzoek met het oog op het uitschrijven van bestekken.

“Handwerk is slechts één aspect van een restauratie-opdracht. Aan elke opdracht kleeft een sterk wetenschappelijke component, waarbij kennis van chemie, onderzoek en documentatie van vitaal belang zijn. Elke ingreep van IPARC moet omkeerbaar zijn gezien het voortschrijdend inzicht in restauratietechnieken”, benadrukt de managing partner.

Bovendien huldigt IPARC bij zijn restauratie-interventies steeds de principes van de minimale ingreep en de zichtbaarheid van de ingreep volgens de geldende normen en methodologieën voor musea en restauratoren. De beste kunstvervalsers waren in het verleden immers restaurateurs.

Insectenbestrijding (10 à 15%) vormt de tweede activiteitenpijler. Vanuit een duurzaamheidsinsteek opteerde IPARC voor een milieuvriendelijke thermische methode ten nadele van anoxie (gebruik van stikstof) en begassing of fumigatie (lees: gebruik van toxische stoffen met schadelijke residu-effecten, nvdr.). IPARC zette terzake een structurele samenwerking op met het Oostenrijkse Thermo Lignum (Salzburg), dat ook vestigingen in Duitsland (Sinsheim) en Groot-Brittannië (Londen) heeft.

“IPARC beschikt over een mobiele en een vaste behandelingskamer. De niet toxische behandelingscycli nemen circa 24 uur in beslag”, verduidelijkt Leen Gysen.

Derde pijler (10%) is het labo/microscopisch onderzoek. Dat heeft te maken met elementaire en moleculaire analyse, zoals bij pigmentonderzoek, en multispectorale beeldvorming (X-stralen, UV-stralen, infra-rood, …).

“Dat laatste heeft een dubbele doelstelling. Enerzijds is het de bedoeling om de eigen projecten op meer doeltreffende wijze te kunnen verzorgen (het voortraject is belangrijk om de integriteit van het te behandelen stuk te vrijwaren), anderzijds spelen we in op marktvragen voor een dergelijke dienstverlening, uitgaande van verzamelaars, musea, …”, schetst onze gesprekspartner.

Zelf beschouwt IPARC zich terzake als complementair aan het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium (KIK), dat zijn diensten voornamelijk aan musea en publieke collecties aanbiedt.

Laatste onderdeel binnen IPARC’s portfolio is collectiedienstverlening, met kunstopslag als grootste service. Tot die diensten hoort evenwel ook de registratie van collecties (nummering, fotografering, digitalisering, conditierapporten, conditie-checks voor transport of bruikleen, …).

Leen Gysen: “Nieuw is de eind 2018 gelanceerde Smartcare-toepassing. Met behulp van het LoRa-netwerk van Proximus monitoren we de omgeving van kunstcollecties van op afstand (temperatuur, vochtigheid, UV-straling, lux, …). Die dienst zetten we op basis van een abonnementsformule in zowel de private als de publieke markt. Voor de Vlaamse overheid verzorgden we intussen al de monitoring vanop afstand van elf sites met werken van de topstukkenlijst”.

One-stop-shopping

IPARC rekruteert zijn klanten zowel in de publieke (60%) als private sector (40%). Vlaanderen telt nu eenmaal het grootste aantal kunstverzamelaars per capita. Naast collectionneurs horen museumuitbaters, steden, provincies & gemeentes, OCMW’s en kerkfabrieken tot de opdrachtgevers.

Grote projecten, zoals kerkrestauraties, worden steeds vaker in samenwerking met grote aannemingsbedrijven verzorgd, waarvan sommige over een gespecialiseerde restauratie-afdeling beschikken. Daartoe heeft IPARC, dat zelf als aannemer Klasse 3 (projecten tot 500.000 euro) is erkend, strategische samenwerkingsverbanden gesloten. Andermaal speelt IPARC hierbij zijn sterkte als gespecialiseerd restaurateur van roerend erfgoed uit, die alle expertise onder eigen dak bundelt. Sinds zijn ontstaan investeerde de KMO zowat 2,5 miljoen euro, niet alleen in de bedrijfsaccommodatie maar ook in restauratietechnieken allerhande. Zo tekent het bedrijf voor restauratie van kunstobjecten van oude meesters en hedendaagse kunst op doek en paneel, beeld (polychromie), hout, steen en steenachtige materialen, metaal, textiel, (foto)papier en visuele media.

“Als Vlaams bedrijf beschikt IPARC over heel wat kennis en competenties op restauratievlak. Daartegenover staat heel wat erfgoed in Vlaanderen, met een geweldige rijkdom aan meesterschap. Tegen 2020 wil IPARC dan ook uitgroeien tot marktreferentie op het vlak van collectiedienstverlening voor Vlaamse meesters (zowel oude als hedendaagse, nvdr.)”, schetst Leen Gysen de toekomstrategie.

Omwille van de sterk projectgerelateerde bedrijvigheid gaat IPARC in de toekomst ook op zoek naar meer recurrente inkomsten. De opslag van kunst is daarvan één onderdeel, maar ook in de Smartcare-toepassing koestert de KMO steile verwachtingen.

46b8b9a9c33490449e187458f6b37d18
(Leen Gysen: “Restauratie is niet zozeer een ambachtelijk gegeven, het is een wetenschappelijk beroep met veel aandacht voor onderzoek en chemie”)
4dda1a9370a4db213a6e97d4c2448299
(Managing partner Leen Gysen bundelt met IPARC alle restauratie-expertise onder één dak)

Voor u geselecteerd

Kort de voordelen van een abonnement...

Belangrijk nieuws te delen?

Cookie voorkeuren

Deze website gebruikt cookies om je een betere bezoekerservaring te bieden. Bepaal hier welke soort cookies je toestaat.