Dat uiteindelijk Oostende het pleit in zijn voordeel wist te beslissen, heeft met diverse factoren te maken. Zo biedt de nabijheid van de zee mogelijkheden voor het testen en kwalificeren van de drones. Net zoals de aanwezigheid in de koningin der badsteden van Eguermin, de Belgische-Nederlandse mijnoorlogsschool die training en opleidingen rond de jacht op en het onschadelijk maken van zeemijnen verzorgt voor de bemanningsleden van de Belgische en Nederlandse marine en Naval Mine Warfare-officieren van onder meer de NAVO.

Voorts wist ook de aanwezige infrastructuur binnen de haven van Oostende en het lokale netwerk, met Dronehub voorop, de Fransen te charmeren. Maar ook de aanwezigheid van GEOxyz, dat onder meer bijzondere expertise heeft inzake meettechnieken met het oog op dataverzameling met betrekking tot het zeebodemoppervlak of oppervlaktes onder de zeespiegel, speelde, volgens onze info, een rol.

De mogelijke vestigingslocatie die een andere kusthaven ECA Robotics voorstelde, voldeed qua ligging bovendien niet echt aan de verwachtingen.

Belgisch-Nederlandse marinecontract

De komst van ECA naar België dient gezien in het licht van het mega-contract ter waarde van ruim 2 miljard euro dat de Belgische en Nederlandse marine in 2016 aan het consortium Belgium Naval & Robotics toewees. Dat voorziet in de bouw van twaalf nieuwe mijnenvegers, met inbegrip van modulair inzetbare drones, over een tijdsspanne van tien jaar.

Het consortium Belgium Naval & Robotics bestaat uit de Franse Naval Group en ECA Group met zijn speciaal daartoe opgerichte dochterbedrijf ECA Robotics Belgium.

“Dat zal zowat 10 miljoen euro investeren in de bouw en opstart van een nieuwe drone-fabriek op de voormalige Belliard-site, groot 13.000 m², aan kaai 324 in het Zwaaidok. De fabriek zal een oppervlakte van 5.000 m² beslaan. Op termijn zullen er een zeventigtal jobs worden gecreërd”, aldus Steven Luys, ceo ECA Robotics Belgium.

De ECA Group, die ruim tachtig jaar terug werd opgericht, staat sinds ruim een halve eeuw bekend als wereldwijd marktleider in de onderzeese mijnbestrijding. Veertig jaar terug werkte het bedrijf al samen met de Belgische marine. De groep boekte in 2018 een omzet van meer dan 102 miljoen euro met zevenhonderd medewerkers. Met inbegrip van de Oostendse vestiging is de groep rechtstreeks vertegenwoordigd met 16 sites wereldwijd.

Uniek concept

Naval Group zal de twaalf MCM-schepen (mijnenjagers) bouwen. Het contractaandeel van ECA Robotics Belgium binnen het consortium heeft betrekking op de levering van tien MCM-toolboxes, die al dan niet in de schepen worden ingebouwd, het onderhoud van de schepen en de drones. In se zal het bedrijf in Oostende vier types drones bouwen, met name oppervlakte-, opsporings-, identficatie- en vernietigings-drones. Die zullen door onbemande varende eenheden, die vanaf het moederschip worden gelanceerd, tot binnen de gevarenzone worden gebracht en vervolgens geactiveerd. Het concept, een wereldprimeur op zich, werd binnen de Belgische marine bedacht.

“De fabriek dient in 2021 voltooid te zijn zodat we in 2022 de eerste drone-versies kunnen introduceren. Gedurende de duurtijd van het contract zullen we voor de Belgische en Nederlandse marine een 100-tal drones bouwen”, zo nog Luys.

In eerste instantie zal ECA Robotics Belgium focussen op de drone-productie en bijhorende afwikkeling van de contractuele verplichtingen met de Belgische en Nederlandse marine. Daarna wil het bedrijf het concept wereldwijd gaan vermarkten vanuit Oostende.

“Het unieke innovatieve model zal ongetwijfeld ook bij andere marines wereldwijd op de nodige interesse kunnen rekenen,” voorspelt de ceo van ECA Robotics Belgium.